samenvatting | datering | |
---|---|---|
Klaas Lagerweij, Wulpher Lagerweij en Evert Ploeg, won. Woudenberg, Lambert Bosch, won. Leusden, Klaas Bosch, Willem Bosch, beiden won. Scherpenzeel staan borg voor hun zuster en schoonzuster Weijntje Bosch, wed. Jan Wulferszen Lagerweij wegens verschuldigde landpachten en geleend geld van Mr. Jan de Wijs uit Utrecht en een gekocht paard op het erfhuis van Evert Vermeulen t.w.v. 104 gulden 10 stuivers. | 11-03-1809 | |
IJsbrand Engelbert, won. op Lambalgen stelt zich voor 5000 gulden borg voor mr. Bernard Philip Engelbert als ontvanger te Wijk bij Duurstede. | 10-10-1807 | |
Matthijs Lagerweij, bode, stelt zich voor 400 gulden borg voor zijn zoon Hendrik Lagerweij als gaarder van de onbeschreven middelen voor Woudenberg en Geerestein. | 05-08-1806 | |
Hendrik van Geijtenbeek stelt t.v.v. de Domproost als onderpand voor zijn zoon Arnoldus van Geijtenbeek als schout en gadermeester van Doorn: 7 1/2 morgen hof- en tabaksland, genaamd De Schilt. Aan verscheidene percelen door verschillende mensen gebruikt. | 26-03-1782 | |
Anthonij Teunisse Lagerweij, won. Rhenen en Klaas Teunisse Lagerweij, won. Heusden stellen zich borg voor Melgior van Ginkel, won. in de Groep onder Amerongen t.b.v. mr. Jan Andries du Bois, heer van Maarsbergen, voor eventuele pachtschulden van de hofstede de Grooten Bloemheuvel onder Maarsbergen, door hem voor zes jaar gehuurd voor 200 gulden per jaar. | 01-10-1807 | |
Anna Cornelisse Blauwendraat, ongehuwd, bejaard, stelt zich borg voor haar broer Bard Cornelisse Blauwendraat t.b.v. Jan Grothe, heer van Nimmerdor voor 400 gulden achterstallige pacht. | 30-07-1792 | |
Arnoldus van Geijtenbeek, won. op de Treek onder Leusden stelt als onderpand voor zijn neef Matthijs van Geijtenbeek voor zijn beroep van gadermeester van Doorn een stuk hof- en tabaksland van zeven en een half morgen, genaamd de Schilt, aan de zuidzijde langs het dorp, van de Weteringsedijk westwaarts tot aan de Hooge Schilt onder Woudenberg. Zuid: secretaris Willem Lagerweij Wz. en St. Anna Broederschap, noord: de huizen met hun hoven die aan de zuidzijde van de Voorstraat staan. | 07-05-1801 | |
Arnoldus van Geijtenbeek, won. op de Treek onder Leusden stelt als onderpand voor zijn neef Matthijs van Geijtenbeek voor zijn beroep van gadermeester van Doorn een perceel van 7 1/2 morgen tabaksland, genaamd de Schilt, onder Woudenberg. | 07-05-1801 | |
Willem Lagerweij sr., schout en secretaris van Maarn en Maarsbergen, getrouwd met Jantje Gijsbertse Lagerweij stellen als onderpand voor het ambt van hun zoon Willem Lagerweij jr. als schout en gadermeester van Woudenberg: 1. Een huis aan de zuidzijde van de Voorstraat; 2. Twee hoven met een eigen huis en een huis, gebouwd door Eske Bannink, die acht gulden erfpacht betaald, tussen de Middel- en de Agterstraat; 3. Een huis en vijf morgen land op de Wetering; 4. Twee morgen, genaamd de Coevoetskamp; 5. Twee morgen land op de Wetering, gebruikt door Arien Eikelkamp; 6. Een en een half morgen land, genaamd het Padstuk, op de Wetering, gebruikt door de weduwe van Jan Jacobse van Leusden; 7. Drie vierde morgen land, genaamd het Kampje, op de Wetering. Dit t.b.v. Jacob Hendrik, graaf van Rechteren, als heer van Woudenberg. | 22-03-1787 | |
Anna Cornelisse Blauwendraat, ongehuwd, bejaard, stelt zich borg voor haar broer Bard Cornelisse Blauwendraat t.b.v. Jan Grothe, heer van Nimmerdor voor 400 gulden achterstallige pacht. | 30-07-1792 | |
Willem Lagerweij, schout en gadermeester van Overlangbroek verbindt 13 morgen land genaamd het Oudermunster gelegen op de Wetering t.b.v. pater Roeters, proost en archidiacon van de Dom te Utrecht, als ambachtsheer, als onderpand voor zijn ambt. | 01-12-1728 en 09-04-1728 | |
Klaas Lagerweij, Evert Ploeg, beiden won. Woudenberg, Lambert Bosch, won. Leusden, Klaas Bosch, Willem Bosch, beiden won. Scherpenzeel staan borg voor hun zuster en schoonzuster Weijntje Bosch, wed. Jan Wulferszen Lagerweij wegens verschuldigde landpachten aan de eigenaren: de kinderen van Aart van Essen en Maria van Ginkel en Mr. Jan de Wijs uit Utrecht. | 06-02-1809 | |
Hendrik de Bree stelt zich borg voor zijn zwager Joost Jochemsz ten behoeve van Meijns Theunisz. | 29-09-1692 | |
Willem Anthonisz van Rennes eist borgstelling van Gerrit Aertsz. | 30-03-1693 | |
Jan Gerritsz van Langelaer stelt zich borg voor Jan Errisz in een zaak tegen Willem Henricksz Valckenengh. | 18-10-1666 | |