samenvatting | datering | |
---|---|---|
Matthijs Lagerweij verkoopt namens Willem Peterse aan Jacob Cornelissen, een stuk weiland in Zuijerbroek, voor 95 gulden. | 23-12-1806 | |
Matthijs Lagerweij verkoopt namens Willem Peterse aan Jan Beeking, won. bij de Moff onder Leusden, een stuk weiland in Zuierbroek, voor 150 gulden. | 23-12-1806 | |
In 1788 zijn Hermen van Maanen en zijn vrouw Aaltje Lagerweij te Woudenberg overleden. Kinderen: Gerrit van Manen, getrouwd met Dirkje Voskuijl; Evert van Manen, getrouwd met Teunisje van de Haar; Antoni Voskuijl, getrouwd met Teuntje van Maanen. Teuntje van Maanen erft 7 morgen land, genaamd de Doornheg. Zij wil het land niet aannemen omdat zij in Barneveld woont. Zij gunt het aan haar broer Evert. | 31-07-1792 | |
Gijsbert van de Haar, mr. smid, verkoopt aan Henricus Romeijn, mr. broodbakker te Barneveld, en Dirk Voskuil, mr. broodbakker te Woudenberg, als voogden van Susanna Antonia Sandbrink, ruim een morgen land in de Doornheg. | 16-06-1803 | |
Testament van Erris Lagerweij, bejaard, ongehuwd, won. Doorn. Erris en Hendrikje Woudenberg, enige kinderen van Peter Woudenberg en Dirkje Scherpenzeel, krijgen ieder 50 gulden. Barend Eekhuis, Erris Lagerweij en Jannigje Lagerweij, won. 's-Gravenhage, krijgen ieder 50 gulden. De armen van Doorn krijgen 25 gulden en de kerk van Doorn ook 25 gulden. Enige erfgenamen: neven Gerrit, Teunis en Gijsbert Lagerweij, won. Doorn, kinderen van zijn overleden broer Aalt Lagerweij; neef en nicht Arien van Dijk, won. Haarlem en Klaasje van Dijk, won. Vleuten, kinderen van zijn overleden zuster Evertje Lagerweij; neven en nicht Teunis Lagerweij, won. Doorn, Coendert Lagerweij, won. Driebergen en Aaltje Lagerweij, won. Amsterdam, kinderen van zijn overleden broer Pieter Lagerweij; Jan Lagerweij, won. Doorn, Maatje Lagerweij, won. Leersum en Luitje Lagerweij, won. Moerkapelle, kinderen van zijn overleden broer Wulpher Lagerweij; Willem Lagerweij, junior, schout van Woudenberg, enige zoon en zijn zuster Teuntje Lagerweij, enige dochter van zijn neef en nicht Willem Lagerweij en Jantje Gijsbert Lagerweij. Executeurs: Willem Lagerweij junior, schout en zijn neef Herman van Manen en bij afwezigheid zijn zoon Evert van Manen, die ieder ook nog 75 gulden krijgen voor hun executeurschap. | 10-03-1787 | |
Testament op de langstlevende van Arien Eijkelkamp Wz. en zijn vrouw Bartruij van Velthuizen, won. in de Nieuwen Uijtleg. Het gekochte land op de Wetering wordt vererft aan de erfgenamen van Arien Eijkelkamp. | 11-12-1785 | |
Testament van Mor Roll en zijn vrouw Gerritje Knopper. Hun jongste zoon Jacobus Roll wordt geprelegateerd met 3/4 morgen land, zijnde het voorste streepje in Wienjewanje, op de Wetering. | 13-04-1784 | |
A.H. graaf van Rechteren laat de ambachtsheerlijkheid Geerestein met recht van benoemen van de schout, secretaris, heemraden, kerkmeesters, koster en doodgraver te Woudenberg; de ridderhofstad Geerestein met de tienden, erfpachten, uitgangen, bossen en landerijen; een huis genaamd De Schans, van ouds Duijve; twee boerenhofsteden en twee bouwhuisjes met het land, taxeren. Geschat op 54.000 gulden. | 12-09-1776 | |
J.H. graaf van Rechteren laat de ridderhofstad Geerestein taxeren. Deze bestaat uit 1. Een herenhuis, hovenierswoning, oranjerie, koetshuis, paardenstallen, tuinen, singels, lanen, bossen en weiland. Geschat op 20.000 gulden. 2. De grove en smalle tienden aan het Leusder Heetveld en in Zuijerbroek onder Leusden en Geerestein. Geschat op 23.000 gulden. 3. De ambachtsheerlijkheid met collatierecht van de kerk en recht van aanstellen van heemraden die de wegen en watergangen van Woudenberg en Geerestein moeten inspecteren. Geschat op 4500 gulden. 4. Het huis met tabaksschuur, genaamd Duijvesteijn, nu genaamd De Schans. Geschat op 3500 gulden. 5. Enige morgens land en hoven aan de Ekerissendijk. Geschat op 4500 gulden. 6. Verschillende erfpachten aan beide kanten van de Schanserdijk en één op Ekeris en twee onder Woudenberg en Geerestein. Geschat op 3500 gulden. 7. Een boerenhofstede, genaamd Kleijn Geresteijn, zonder de tiend, gebruikt door Teunis van de Weetering. Geschat op 1800 gulden. 8. Een boerenhofstede, genaamd de Hoeff, zonder de tiend, gebruikt door Hendrik Peterse van Maarn. Geschat op 1000 gulden. 9. Een rentenierswoning met land, genaamd De Grift, gebruikt door Cornelis Gerritse. Geschat op 600 gulden. 10. Een rentenierswoning met land, genaamd Zuierbroek, gebruikt door de weduwe van Gerrit Errisse. Geschat op 600 gulden. 11. Enige morgen land, genaamd het Griftbos, de plagvelden, genaamd de Koekel, De Zes Morgen, 't Vier Morgenbosje; twee bosjes aan de Beek en een bosje achter Teunis van de Weetering. Geschat op 2200 gulden. Totaal 65.000 gulden. | 12-05-1769 | |
Het gerecht behandelt een brief van Isaac Scheltus Ottozoon, schout van Leusden c.s. met verzoek om de eigenaars en bruikers mee te laten betalen aan de reparatie van de Bavoortse Brug. Men wil betalen als men kan aantonen dat zij daartoe verplicht zijn. | 21-04-1768 | |
Adolph Hendrik graaf van Rechteren machtigt Cornelis Pieter Pronkert, predikant te Woudenberg om hem te vertegenwoordigen. | 19-04-1768 | |
Boedelscheiding tussen Hermen van Maanen en zijn vrouw Aaltje Gijsbert Lagerweij, won. in Woudenberg en hun kinderen; Gerrit van Maanen, getrouwd met Dirkje Voskuijl; Evert van Manen, getrouwd met Teuntje van de Haar; Antoni Voskuil, getrouwd met Teuntje van Manen. Gijsbert: twee morgen land en de helft van land, gekocht van schout Geijtenbeek, beiden onder Maarn t.w.v. 1000 gulden; een morgen tabaksland onder Maarn t.w.v. 600 gulden; een huis met vier morgen land in Slappendel. T.w.v. 1400 gulden. Dit wordt omgezet in een hypotheek. Evert: een huis aan de Voorstraat t.w.v. 1800 gulden; vier kampen land met tabaksschuur onder Geerestein t.w.v. 4000 gulden; drie morgen tabaksland in Slappendel t.w.v. 1600 gulden; twee morgen hooiland, genaamd de Marense Meent met de helft van land, gekocht van schout Geijtenbeek, beiden onder Maarn t.w.v. 1100 gulden. Totaal 8500 gulden, waarvan 5800 gulden wordt omgezet in een hypotheek. Antoni: zeven morgen land, genaamde de Doornheg, onder Geerestein t.w.v. 1600 gulden. Dit wordt omgezet in een hypotheek. | 25-02-1780 | |
De erfgenamen van Jannigje Jacobs van Scherpenseel, ov. Woudenberg 11-11-1779, laten de helft van een huis ten noorden van de Nieuwen Uijtleg taxeren. Geschat op 250 gulden. | 25-02-1780 en 08-04-1780 | |
Dirkje Westeneng, laatst wed. Jan Meertense Lodder geeft al haar bezittingen over aan de kerkenraad van Woudenberg. Haar bezit bestaat uit haar kleding en inboedel met ruim 1 1/2 morgen land in de Caneel. Belast met 200 gulden t.b.v. de erfgenamen van Maria van Wittenberg, wed. IJsbrand Verhoef, nu t.b.v. Arien Eijkelkamp. De kerkenraad zal haar de rest van haar leven onderhouden. | 02-11-1776 | |
Evert Hendrikse de Kruijff, laatst wed. Jantje Jans schenkt wegens zijn hoge ouderdom een huis met de inboedel bij Groenewoude aan de diaconie van Woudenberg. De diaconie zal hem zijn leven lang moeten onderhouden en hem een goede begrafenis geven. Ouderling Hermen van Maanen en diaken Frans Voskuijl nemen de schenking aan. | 27-07-1752 | |
Op last van de Staten van Utrecht wordt van het gerecht Geerestein geëist dat zij meebetalen aan de bouw van een schoolhuis op de plaats van de kosterswoning in Woudenberg. | 27-08-1743 | |
Verzoek van Willem Lagerweij namens de ambachtsvrouwe en de geërfden van het gerecht Geerestein aan Andries Abbema, heer van Woudenberg en Jan Fredrik van Beeck, raad van Utrecht en beide zittende in het bestuur van de Slaperdijk. In de rekening van de Slaperdijk van d.d. 07-08-1749 staat een post van 248 gulden voor het verbreden en verdiepen van de Leisloot, gelegen langs de waterlinie en het verwijden van de heulen onder de wegen door. Met verzoekt deze post te schrappen omdat zij hier niets van wisten en omdat de Leisloot niet tot de Slaperdijk behoort. | 13-09-1749 | |
Oproep aan de weduwe van Willem Lagerweij, schout en secretaris van Geerestein en secretaris van Woudenberg om de gerechtsboeken in te leveren aan Matthijs Lagerweij, de huidige secretaris van Woudenberg. | 20-07-1749 | |