samenvatting | datering | |
---|---|---|
Eiser Hendrik Cornelis Croesen, raad en oud-schepen van Amersfoort en oud-schout en gadermeester van Leusden, contra gedaagde Aart Dirksz van de Wetering, schepen van Leusden en Saar Dirksz van de Wetering, ieder voor een derde deel mede-erfgenaam van zijn moeder Maria Saren. Hendrik eist een derde deel van 36-7-0 gulden voor 13 jaar haardstedegeld, tot 1744, voor een huisje bij de kerk van Leusden. Aart zegt van niets te weten dat hij nog geen eigenaar is voor een derde deel, want daar wordt een proces over gevoerd voor het Hof van Utrecht. Zaak wordt uitgesteld. | 20-08-1750 | |
Eiser Evert Claasz, getrouwd met Hendrikje Gerrits contra gedaagde Heijmen Rijksz, won. Hamersveld. Evert eist 7 gulden arbeidsloon, door zijn vrouw verdiend in 1740, toen ze voor Heijmen werkte. Heijmen erkent de eis en vraagt elke week een gulden te mogen betalen. Wordt toegestaan. | 15-06-1750 | |
Eiser Herman Stemfort, won. Amersfoort, contra gedaagde Jan Schothorst, won. Leusden. Herman eist betaling van 8 gulden huur voor een schapenwei op zijn land, 'bij den stroop af', onder Amersfoort, die Jan had gehuurd in 1750. Jan had het land gehuurd op voorwaarde dat hij het zou ontginnen. Daar had hij een begin mee gemaakt, maar dat was niet goed gebeurd volgens Herman. Hij had dieper moeten ploeg, met twee paarden. Uitspraak: 3 gulden betalen. | 15-06-1750 | |
Eiser Herman Stemfort, won. Amersfoort, contra Teunis Fransen, mr. timmerman, won. aan de Zwarte Steeg. Herman eist betaling van 85 gulden voor de verkoop van een schuurtje op de Driftakker. Teunis bekend de schuld en vraagt een betalingsregeling. Dat wordt toegestaan. | 15-06-1750 | |
Eiser Bart van Zijl, won. Hamersveld contra Willem Jansen de Groot en Rijk Woutersz, beide won. Hamersveld. Bart eist betaling van 1-4-0 gulden voor vrachtloon en tolgeld. Uitspraak: betalen. | 11-05-1750 | |
Eiser Aart Tijssen en zijn schoonmoeder, de weduwe Gerrit Jansen, won. op Groot Moorst, contra gedaagde Hendrik en Gerrit Wulfertsz, won. Leusden. Aart eist teruggave van 5-3-0 gulden voor 'mie-penning' en 40 gulden schadevergoeding omdat zij hun dienst voortijdig zonder opgaaf van redenen hebben verlaten. Hendrik zegt de 'mie-penning' te hebben betaald aan haar broer Evert Wulfertsz in mindering van zijn loon. Uitspraak: Hendrik en Gerrit moeten de 5-3-0 gulden voor 'mie-penning' en 5-3-0 gulden schadevergoeding. | 11-05-1750 | |
Eiser Jan Helmerthorst, won. Amersfoort contra gedaagde Jacobus Corsen, won. Hamersveld. Jan eist levering van 20 voer elzenrijzen voor 40 gulden. Jacobus zegt dat hij rijs zal leveren maar dat er niet afgesproken is hoeveel. Omdat hij bij de laatste levering 2 gulden is gekort, levert hij niet meer. Uitspraak: Jacobus moet 2 gulden aan Jan betalen als schadepenning. | 11-05-1750 | |
Petrus Philippus Blockland verklaart dat de hofstede Oijevaershorst, onder Leusden door jkvr. Barnardina Temminck, wed. Wreede was verkocht als allodiaal goed. Dat is onjuist. Het is tijnplichtig aan de Domeinen van Utrecht. Verder belast met 2-8-0 gulden peertgensgeld en drieschepel rogge voor hondekoren. | 07-12-1692 | |
De schouw van Leusden en Leusbroek wordt gedaan door Rutgerus Dibbits en Wouter Valckenhoef. | 20-06-1708 | |
Jan Johannesz laat een bijstede aantekenen, staande op de Heuvel, voorbij de Zuidwind, op het land van Goudoever. | 20-06-1708 | |
Arien Jacobsz, won. op de Crommestart, onder Leusbroek, eigendom van het St. Pieters Gasthuis te Amersfoort, laat een bijstede aantekenen, staande in de Claverhof. | 08-06-1708 | |
Peter Cornelisz, won. op Groot Donkelaar, eigendom van burgemeester Both, laat een bijstede aantekenen, staande aan de weg voor het huis Donkelaar. | 13-04-1708 | |
Jan Wulfertsz laat een bijstede aantekenen, staande op het land dat hij gebruikt, genaamd Groot Kaavijern, onder Maarn. | 13-04-1708 | |
Jan Roelen, won. Leusden, laat een bijstede aantekenen, staande op het land van Pelgrom Bos, waarvan Dirk van Ommeren nu eigenaar is. | 13-04-1708 | |
Jan Jacobsz aangesteld tot buurmeester van Snorrenhoef i.p.v. Hendrik Geerlofsz. In aanwezigheid van Marthen Meijnsz, buurmeester van Donkelaar wordt besloten om de schout en secretaris voortaan gratis te laten drinken tijdens de rechtsdagen. | 08-03-1708 | |
Willem Gijsbertsz aangesteld tot buurmeester van Leusden i.p.v. Hendrik Aalbertsz. Jan Johannesz aangesteld tot buurmeester van Leusbroek i.p.v. Jan Gerritsz. | 07-03-1708 | |
Jacob Lambertsz aangesteld tot buurmeester van Maarn. | 06-03-1708 | |
De schouw van Hamersveld wordt gedaan door Johan Sprenger, Francois van Dolre en Clemens Hooft. De sloot aan de zuid- en westzijde van de Hamersveldseweg is onvoldoende uitgediept. Idem d.d. 22-09-1707. | 09-06-1707 | |
De schouw van Leusden en Leusbroek wordt gedaan door Rutgerus Dibbits en Wouter Valckenhoef. Idem d.d. 21-09-1707. | 08-06-1707 | |
Akkoord tussen Jacob Jansz, won. Amersfoort en Jan Thijsz, molenaar op Zandbrink, onder Snorrenhoef. Er was geschil over de zeilen en de huur. Jan had de molen overgenomen van Jacob. | 17-03-1707 | |