samenvatting | datering | |
---|---|---|
Maria van Arnhem, me.j. ongehuwd verklaart dat ze zich vanwege ziekte niet meer kan redden. Daarom stelt zij haar broer Jacobus van Arnhem aan om haar administratie te voeren. | 24-04-1811 | |
Maria van Arnhem, me.j. ongehuwd verklaart dat ze zich vanwege ziekte niet meer kan redden. Daarom stelt zij haar broer Jacobus van Arnhem aan om haar administratie te voeren. | 24-04-1811 | |
Geertje van de Haar, wed. Cornelis Hendriksen van Voskuilen, mede namens haar meerderjarige kinderen Hendrik, Rijkje en Grietje van Voskuilen en Klaas van Putten, getrouwd met Johanna van de Haar machtigen hun broer en zwager Johannis van de Haar om huis met achterhuis, bakhuis, twee bergen, schuur, varkenshok en acht morgen land, genaamd de Kleine Blomheuvel onder Maarsbergen te verkopen. Oost: de Heeresteeg. | 16-10-1810 | |
Geertje van de Haar, wed. Cornelis Hendriksen van Voskuijlen, mede namens haar meerderjarige kinderen Hendrik, Rijkje en Grietje van Voskuijlen en Klaas van Putten, getrouwd met Johanna van de Haar machtigen hun broer en zwager Johannis van de Haar om de hofstede de Kleine Blomheuvel met acht morgen land onder Maarsbergen te verkopen. | 16-10-1810 | |
Willem Huibert van Griethuizen, predikant, machtigt zijn oom Gerrit van Griethuizen, won. Wageningen om zijn zaken waar te nemen. | 17-02-1810 | |
Willem Huibert van Griethuizen, predikant, machtigt zijn oom Gerrit van Griethuizen, won. Wageningen om zijn zaken waar te nemen. | 17-02-1810 | |
Willemijntje van het Voort, bejaard, ongehuwd, won. in de Achterstraat bij Scherpenzeel machtigt Aalbert ter Burg, haar buurman om de nalatenschap van haar overleden broer Mor van het Voort te regelen. | 07-02-1810 | |
Willemijntje van het Voort, bejaard, ongehuwd, won. in de Achterstraat bij Scherpenzeel machtigt Aalbert ter Burg, haar buurman om de nalatenschap van haar overleden broer Mor van het Voort te regelen. | 07-02-1810 | |
Het gerecht van Woudenberg machtigt Joh. Gaillard, won. Amsterdam om geld te ontvangen van de heer Warendorf. | 30-11-1809 | |
Hendrika Eggink, me.j. jd. nu won. Woudenberg machtigt haar broer Hendrik Jan Eggink om de nalatenschap van hun ouders Roelof Eggink en Gerritje Lonneman, beiden overleden te Eibergen, te regelen. Stiefmoeder: Gezina Bouwmeesters. | 08-11-1809 | |
Hendrica Eggink, me.j. jd. nu won. Woudenberg machtigt haar broer Hendrik Jan Eggink om de nalatenschap van hun ouders Roelof Eggink en Gerritje Lonneman, beiden overleden te Eibergen, te regelen. Stiefmoeder: Gezina Bouwmeesters. | 08-11-1809 | |
Gijsbertje van Maanen, wed. Matthijs van Geijtenbeek machtigt haar zwager Hendrik van Geijtenbeek te Amersfoort en haar broer Hermanus Johan van Maanen en Martinus Wigman, won. Utrecht om de nalatenschap van haar overleden man te regelen. | 02-06-1809 | |
Gijsbertje van Maanen, wed. Matthijs van Geijtenbeek machtigt haar zwager Hendrik van Geijtenbeek te Amersfoort en haar broer Hermanus Johan van Maanen en Martinus Wigman, won. Utrecht om de nalatenschap van haar overleden man te regelen. | 02-06-1809 | |
Gijsbertje van Maanen, wed. Mathijs van Geijtenbeek machtigt haar broer Hermanus Johan van Manen en Martinus Wigman te Utrecht om de nalatenschap van haar overleden man te regelen. | 14-05-1809 | |
Gijsbertje van Maanen, wed. Mathijs van Geijtenbeek machtigt haar broer Hermanus Johan van Manen en Martinus Wigman te Utrecht om de nalatenschap van haar overleden man te regelen. | 14-05-1809 | |
Willem Huijbert van Griethuisen, predikant, Arien van Otterloo en Erris van Lambalgen, ouderlingen, Wulpher Meerveld en Gerrit de Bree, diakenen, machtigen Arnoldus Voorduin, predikant te Rotterdam om beslag te leggen op nagelaten geld. Dit geld is in bezit van Isaac Rochussen te Rotterdam. Dit geld is geërfd door Krijn en Adriana Gerarda van Maanen van hun overleden ouders Michiel van Maanen en Catharina Lagewaard, die het op hun beurt erfden van Jan en Cornelis van der Sluijs. De diaconie van Woudenberg eist dit geld op omdat zij Krijn en Adriana Gerarda van Maanen onderhouden hebben. | 07-01-1809 | |
Willem Huijbert van Griethuizen, predikant, Arien van Otterloo en Erris van Lambalgen, ouderlingen, Wulpher Meerveld en Gerrit de Bree, diakenen, machtigen Arnoldus Voorduin, predikant te Rotterdam om beslag te leggen op nagelaten geld. Dit geld is in bezit van Isaac Rochussen te Rotterdam. Dit geld is geërfd door Krijn en Adriana Gerarda van Maanen van hun overleden ouders Michiel van Maanen en Catharina Lagewaard, die het op hun beurt erfden van Jan en Cornelis van der Sluijs. De diaconie van Woudenberg eist dit geld op omdat zij Krijn en Adriana Gerarda van Maanen onderhouden hebben. | 07-01-1809 | |
Teunis van Ginkel; Teunis Pothoven, getrouwd met Geertje van Ginkel; Grietje van Ginkel, me.j. ongehuwd; Elbert van de Vliet en Teunis van de Vliet, mede namens hun zuster Evertje van de Vliet en haar zoon Jan Hermze; ieder voor 1/7 deel erfgenaam van Gerritje Teunisse van de Steeg, ov. maart 1808 op de Dodestok. Zij machtigen Gerrit van Egdom, won. op Oevelaar en Matthijs van Geijtenbeek om de nalatenschap te regelen, de boerderij de Dodestok en het koren op het veld te verkopen. | 22-03-1808 | |
Teunis van Ginkel; Teunis Pothoven, getrouwd met Geertje van Ginkel; Grietje van Ginkel, me.j. ongehuwd; Elbert van de Vliet en Teunis van de Vliet, mede namens hun zuster Evertje van de Vliet en haar zoon Jan Hermse; ieder voor 1/7 deel erfgenaam van Gerritje Teunisse van de Steeg, ov. maart 1808 op de Dodestok. Zij machtigen Gerrit van Egdom, won. op Oevelaar en Matthijs van Geijtenbeek om de nalatenschap te regelen, de boerderij Dodestok en het koren op het veld te verkopen. | 22-03-1808 | |
Tijmen Gijsbertsen van de Lagemaat machtigt W. Geerlingh in zijn zaak tegen Gerrit Zaren Ravesloot en Jan van de Haar, won. onder Leusden. | 27-01-1808 | |