samenvatting | datering | |
---|---|---|
Testament van Maria Packouw (in de aanhef staat: van Wittenberg), meerderjarig jd., won. in de Hoeff. Enige erfgenaam: haar broer Tijs Packouw en bij zijn overlijden Arien Packouw. Haar nicht Teuntje Packouw krijgt sieraden. Kootje de Jong, dochter van Jan de Jongh en Teuntje Bosch, krijgt sieraden. Arien Packouw krijgt een naaitafeltje. Gijsbert Packouw krijgt o.a. stoelen. Aaltje en Teuntje Packouw en Kootje de Jong, ieder 1/3 deel van haar kleren en bed. Dirkje Lagerweij, getrouwd met Antoni Packouw krijgt kleding. Aaltje Packouw, getrouwd met Gerrit Otterlo krijgt geld en kleding. Cornelis van Campen krijgt 25 gulden en wollen kleren voor trouwe diensten. | 27-07-1750 | |
Anna Maria de Marez, wed. Gerard Maximiliaan Pijnssen van der Aa, vrouwe van Geerestein verzoekt de Staten van Utrecht om gekort te mogen worden in het dubbel huisgeld en haardstedegeld voor Duijvesteijn of De Schans, omdat dit in vervallen staat verkeert. Dit wordt 17-03-1761 toegestaan. | 10-03-1761 | |
Verzoek van Willem Lagerweij namens de ambachtsvrouwe en de geërfden van het gerecht Geerestein aan Andries Abbema, heer van Woudenberg en Jan Fredrik van Beeck, raad van Utrecht en beide zittende in het bestuur van de Slaperdijk. In de rekening van de Slaperdijk van d.d. 07-08-1749 staat een post van 248 gulden voor het verbreden en verdiepen van de Leisloot, gelegen langs de waterlinie en het verwijden van de heulen onder de wegen door. Met verzoekt deze post te schrappen omdat zij hier niets van wisten en omdat de Leisloot niet tot de Slaperdijk behoort. | 13-09-1749 | |