Aktedatum | Object | Kopende partij | Verkopende partij | Leninggever | Leningnemer | Lening | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
08-04-1689 | 1) huis en schuur aan de zuidzijde van de Arnhemsestraat (Slijckstraat) strekkende voor van de Slijckstraat tot achter in de gemeenschappelijke eigen steeg - met een vrije uitgang in genoemde steeg | Anthonij Jacobsen Buijsch, bakker | Lambarta Verhell, bejaarde dochter wonende te Rotterdam | ||||
08-04-1689 | 2) nog een hof daarachter, die mede een uitgang heeft in de genoemde steeg | Anthonij Jacobsen Buijsch, bakker | Lambarta Verhell, bejaarde dochter wonende te Rotterdam | ||||
10-04-1689 | een hof met het huisje daarin buiten de Sint Andriespoort (het kleijne Treisjenspoort) | Anthonis van Brinckesteijn, schepen van deze stad en zijn vrouw Anthonija van Bemmel | Johan Sprenger voor zichzelf en als weduwnaar van Meusje Bartholomeus | ||||
18-04-1689 | een hof buiten de Kamppoort tussen het stenen bruggetje en de poort | Cornelis Jansen Schoe en zijn vrouw Jannetjen Melis Brets | Anthoni van Brinckesteijn, schepen van deze stad en mede momber van Henrick Both, nagelaten zoon van Pieter Both, die een mede-erfgenaam was van Aleijda Vench, in leven weduwe van burgemeester Henrick Both, tevens als gemachtigde van Jean Temminck, koopman te Amsterdam voor zichzelf en als weduwnaar van juffrouwe Sibilla van der Houwe, die een dochter was van juffrouw Aleijda Vluch als mede-momber van voornoemde Henrick Both - procuratie voor notaris Laurens van Gangel te Amsterdam op 14-12-1688 | ||||
03-05-1689 | huis met een plaatsje daarachter, aan de Langegracht | Jacobus Peterssen ten Toorn, schoenmaker en zijn vrouw Wijntgen Geurts | Jannitgen Gerrits, meerderjarige dochter en erfgename van Elisabeth Cornelis van Beuckelaar Naaije | ||||
15-05-1689 | huis, hof en hofstede op de Arnhemsestraat (Slijkstraat) | Rijck Willems van Hoogbetrum | Emmerentia de Haan, bejaarde dochter en Brechje de Haan, weduwe van Jan Cruijff en namens de kinderen van hun zuster c.q. broer tezamen erfgenamen van Jan de Haan van Sittert en als gemachtigden van lant - procuratie voor Johannes Boots, notaris te Amsterdam, 07-03-1689 en als gemachtigden van Christoffel van Lant - procuratie 19-02-1680 voor Anthonie van Brinckesteijn, notaris alhier, tezamen erfgenamen van Metgen Willems die weduwe was van Jan Haan voor de andere helft | ||||
16-05-1689 | de gemene geërfden in de molen op 't Hoogeland | Aart Wouterssen van Osch en zijn vrouw Emmerentia Pieters wonende alhier | 400 gulden, vanwege (eerst) een obligatie van 300 gulden lening van genoemde molen de dato 01-10-1664 en 100 gulden aan verstrekte penningen | ||||
01-07-1690 | huis, hof en hofstede aan de Singel (waarvan nu ... Hogenhoud te Utrecht eigenaar is) | Anthonij van Brinckesteijn, oud-schepen en raad van deze stad | Gemachtigde van juffrouwen Maria van Keijssel, meerderjarige dochter, Agniet van Keijssel, weduwe en boedelharster van Nicolaes Kerfbijl, Apolonia van Keijssel, meerderjarige dochter, Jan van Taerlingh, getrouwd met juffrouw Elisabeth van Keijssel, en juffrouw Clara van Keijssel, meerderjarige dochter voor zichzelf, tezamen zich sterkmakende voor hun zusters juffrouwen Johanne en Susanna van Keijssel, allen erfgenamen van hun moeije (tante) juffrouw Maria van den Bogaert die weduwe en boedelharster was van Johan Francken in leven Schout te Stoutenburg (procuratie notaris Johannes Boots te Amsterdam 18-05-1690) | ||||
19-07-1690 | huis, hof en hofstede even buiten de Grote Koppelpoort | de erfgenamen van Catharina van Munster in haar leven weduwe van Cornelis van Loenen | Claesje Francken, weduwe van Claes Lubbertsen, bleker als moeder en momber van haar zoon Lubbert Claessen | ||||
19-07-1690 | een derde part van een huis op de Kamp | Henrick Janssen, radenmaker | Pieter van Butselaer, clerk ter secretarie gemachtigd 14-07-1690, voor Fijtie Wulpherts (krankzinnige) | ||||
22-07-1690 | Anthonij Jacobsen van Soest en de erfgenamen van Pieter Jacobsen van Soest en de erfgenamen van Pieter Jacobsen van Soest | Aart Albertsz, bouwman en zijn vrouw Aaltje Jans, inwoners van deze stad | 500 carolusgulden à 20 stuivers het stuk | ||||
09-08-1690 | tabaksschuur met een morgen tabaksland buiten de Kamppoort aan de Hogeweg | Ds. Gerard Blotenburgh, predikant binnen deze stad en zijn vrouw Alida van Dijckhuijsen | Marritgen Jans, burger alhier, weduwe van Jan Claessen van Geijn | ||||
15-08-1690 | acht morgen bos- en bouwland buiten de Arnhemse poort (Slijckpoort) aan de Woesteigen | Dirck van Ommeren, oud-schepen en Raad dezer stad | Jacob Foeijt, Heer in de Ouderrijn | ||||
16-05-1689 | de gemene geërfden in de malen op 't Hoogland | Aart Wouterssen van Osch en zijn vrouw Emmerentia Pieters, wonende alhier | 400 gulden en dan nog 600 gulden aan verstrekte penningen | ||||
24-05-1689 | huis, hof en hofstede bij de Ketelaarsbrug | Jacobus Craan | Gemachtigde van Alida van Smiddel (?) volgens procuratie van notaris Pieter van Aarden te 's-Gravenhage 15-05-1688 | ||||
07-06-1689 | een huis op de hoek van de Varkensmarkt en de Singel, vanouds genaamde 'de Oliemolen', met een schuurtje staande opzij van het voornoemde huis aan de Singel | Rijck Henricksz van Vaes, grutter en zijn vrouw Elisje Elissen | Henrick van Sandendaal en zijn vrouw Beatris Scheen, erfgenamen van Johan van Sandendaal | ||||
22-06-1689 | opstal van een tabaksschuur buiten de Sint Andriespoort (Triesgenspoort) bij de brug op het land van de heer Bosschaard aan de westkant van de Beek | Jan Mighielsen van Colendaal | Gemachtigde van Daniel Hendricksz Leijdenhorst en zijn vrouw Aleijda Jacobs | ||||
18-04-1690 | huis, hof en hofstede in de Muurhuizen | Gerrit en Johannes van Nieuwenburgh | Pieter van Aken geauthoriseerd volgens appointement op het request van Gerrit en Johannes van Nieuwenburgh | ||||
10-07-1689 | het Blocklands Gasthuis | Juffrouw Clementia van Middeldorp, weduwe van Adriaan de Coninck in leven schepen en raad van deze stad | 500 gulden tot 20 stuivers het stuk | ||||
13-07-1689 | een kampje land, met de wallen en houtgewas ongeveer 1 dammaat groot buiten de Arnhemsepoort in de oude groft strekkende voor van de weg tot aan het land van het Sint Pieters Gasthuis | Pieter van Houten, haar zoon en zijn vrouw Meghtelt Veen | Aleijda van Oppoeteren, laatst weduwe van Eduart van Coeverden | ||||