Akte waarin Henric van Rijn en Beatrijs, zijn zuster, voor het zielenheil van henzelf en hun ouders vermaken aan het Sint Pieters gasthuis op het Spui de goederen de Eecht te Stoutenburg aan de beek en het erve en veen te Hees, leengoed van de Sint Paulus abdij onder de volgende voorwaarden:
a het gasthuis deze goederen niet zal vervreemden of ongebruikt laten liggen, behalve het veen te Hees dat het mag verkopen of op een andere manier te gelde maken;
b de gasthuismeesters zullen jaarlijks uitdelen drie Amersfoortse mudden weit aan schoon brood in de Sint Joriskerk op Onze Lieve Vrouwenavond Annunciacio, in aanwezigheid van de twee kerkmeesters en de vicaris van het altaar dat Heinric gesticht heeft ter ere van Onze Lieve Vrouwe Maria, Sint Pieter en de Sint Barbara aan de noordzijde van de kerk, waarvoor de twee gasthuismeesters, de twee kerkmeesters en de vicaris ieder ontvangen zullen een mengel wijn;
c de rest van de opbrengst zullen zullen zij besteden aan weit voor schoonbrood ten behoeve van de armen in het gasthuis;
d bij verzuim vervalt de rente aan de kerk om te gebruiken voor miswijn;
van deze akte zijn twee exemplaren opgemaakt, één bestemd voor de kerkmeesters en een voor de gasthuismeesters, 1446.