Logo - Archief Eemland

Stel een vraag of plaats een opmerking op de tijdlijn

Duurzaam webadres

Mijn Studiezaal

Reageren

Beschrijving van het archief

Archiefvorming

Inhoud en structuur van het archief

Aanwijzingen voor de gebruiker

Verwant materiaal

Bijlagen

laatste wijziging 21-04-2024

3.985 beschreven archiefstukken

4 gedigitaliseerd

totaal 4 bestanden

Delen

Stel een vraag of plaats een opmerking op de tijdlijn

Duurzaam webadres

Mijn Studiezaal

Reageren

2. Inventaris van het archief van het stadsbestuur

Beschrijving van de series en archiefbestanddelen

3. Bijlagen

4. Concordans charters

5. Concordans

6. Regesten

1019 Sebastiaen Jansz en Aeltgen zijn vrouw verklaren een viertal renten voor hun rekening te nemen die rusten op het huis met toebehoren dat Roloff Janss in 1550 heeft verworven van Geert Hoffelaet en Engel zijn vrouw en van Thonis Janss en Anna zijn vrouw. Oorspr.; met de zegels van Dyrick van Wael en Peter Hoeffkens.

Records 1 t/m 100

Records 101 t/m 200

Records 201 t/m 300

Records 301 t/m 400

Records 401 t/m 500

Records 501 t/m 600

Records 601 t/m 700

1020 Heymen van Ilp, schout, en Jacop Diricxz en Jan Brantss, schepenen van Doorn, oorkonden dat Cornelis Willems en Aeriaen van Hukenhorst, zijn vrouw, verkocht hebben aan Anna, minderjarige dochter van Lumen Aert Moy, een rente groot 12 Karolusguldens, met als onderpand diverse goederen in het gerecht van Doorn, af te lossen met 200 Karolusguldens. Met fragment van het zegel van de schout, ondertekend door schout en secretaris en met handmerken van de twee schepenen.

1021 Gerrit Elbertz, schout van Emiclaer en Nederzeldert, oorkondt dat Jacob van Byler en Elysabeth Pyls zijn vrouw verklaren schuldig te zijn aan Willem van Loenen en Anthonia zijn vrouw een jaarlijkse rente van 12 Karoluguldens met een hoofdsom van 200 gulden, gevestigd op een perceel nieuw ontgonnen land in het gerecht van Emiclaer, aan de westzijde begrensd door Goert Bossch, aan de noordzijde door Willem van [Li]enlaer en aan de zuid- en oostzijde de openbare weg. Oorspr.; gecancelleerd en de zegels van de schout en de landgenoten en buren Dirck van Wael en Jan van Bossch zijn verwijderd.

1022 Gerrit Elbersz, schout, en Henrick Dirrics en Evert Willamsz, gerechtslieden van Weede en Emiclaer, oorkonden dat Jacob van Byler verkoopt aan Hijllitgen Dirrick Rycxz weduwe, ten gunste van de twee minderjarige kinderen van Gerrit Jansz van Beyer, een rentebrief van twaalf gouden Karolusguldens af te lossen met 200 gulden, gevestigd op het erve en goed de Hoef in het gerecht van Emiclaer. Oorspr.; gecancelleerd en de zegels verwijderd.

1026 Het Hof van Utrecht doet uitspraak in een rechtsgeding tussen Jan Zwart, zoon van Geertruyt, weduwe van Pauwels Zwart, eiser in hoger beroep van een vonnis van het Amersfoortse gerecht, en weesmeesters en het stadsbestuur van Amersfoort, gedaagden, inzake het recht van deze weesmeesters tot inventarisatie van de door Geertruyt nagelaten goederen ten behoeve van haar minderjarige, ouderloze kleinkinderen, met aangehecht bevelschrift van het Hof aan zijn deurwaarder, 10 augustus 1562. Oorspr.; beide stukken met het zegel van het Hof.

1027 Willem van Oranje beleent, in zijn kwaliteit als voogd van zijn zoon Filips Willem, heer van IJsselstein, nadat Jacob van Bijlar daar afstand van heeft gedaan heeft, Jan van Oldezeel met een lijfrente van 44 gulden per jaar, af te lossen met de hoofdsom van 308 Karolusgulden, gevestigd op het leven van Joestgen en Jacobtgen, kinderen van Jan en Geertgen, zijn vrouw, uit een hoeve land in Hoogland. Oorspr.; gecancelleerd en zegel verwijderd.

1028 Koning Filips II staat de stad Amersfoort toe rentebrieven uit te geven tot een bedrag van 235 gulden de penning 9. Oorspr.; met gaaf zegel van de koning.

1031 Dirk Goessenss verklaart verkocht te hebben aan Roeloff Janss van Wyckersloet en Aeltgen zijn vrouw een huis, hof en hofstede aan de Kortegracht, aan de ene zijde begrensd door Roeloff zelf, aan de andere zijde Jan Botter Jacobss en aan de achterzijde Oytgen Buyssen en Henrick Peterss Conynck en de daarvoor verschuldigde som ontvangen te hebben. Oorspr.; met zegel en handtekening van Dirck.

1032 Jacob van Byler Jacobsz, wonende te Amersfoort, verklaart, ten overstaan van het Hof van Utrecht, ontvangen te hebben van Jan Oldenzeel, burger van Utrecht, 234 gulden en 10 stuivers met een jaarlijkse rente ten gunste de twee dochters van de laatste, Marigen en Jannichgen, van 33 gulden en 10 stuivers. Oorspr.; niet bezegeld en met handtekening van de griffier van het Hof.

1034 Aert Ram, procureur van Jacob van Byler in zaak tegen degenen die aanspraken maken op het erve in Hoogland dat Jacob verkocht heeft aan Herman Joesten, overlegt ten overstaan van het Hof van Utrecht de eis, met verklaring dat Cornelis van Muyden, procureur van de tegenpartij, voor hemzelf uitstel heeft gevraagd. Oorspr.; niet bezegeld, met handtekening van de griffier.

1035 Johan Pot, plaatsvervangend schout, Gysbert Vermaet, burgemeester, en Rutger Poeyt, schepen van Amersfoort, oorkonden dat Anna Lambert van Lieners weduwe overgedragen heeft aan Roeleff Jansz en Alydt zijn vrouw de eigendom van de helft van een huis, hof en hofstede aan de Kortegracht, aan de ene zijde begrensd door Jan Botter Jacobz, aan de andere zijde Roeleff zelf en aan de achterzijde Oeytgen Buyssen en Henrick Petersz Coeninck. Oorspr.; met fragment van het eertse zegel.

1037 Willem, Prins van Oranje, heer van IJsselstein, oorkondt dat hij Herman Joosten beleent met een hoeve te Hoogland, nadat Hessel van Doverden namens Jacob van Bylaer Jacobss daarvan afstand heeft gedaan. Oorspr.; zegel verloren.

1038 Koning Filips II verbiedt, op verzoek van het stadsbestuur van Amersfoort en ten behoeve van de draperie in de stad, dat uitheemse kooplieden in de omstreken van de stad wol opkopen en bevestigt dat deze verkoop slechts mag geschieden op de gebruikelijke markten en marktdagen binnen de stad. Oorspr.; met fragment van het zegel van de koning.

1041 Roloff van Wijckersloot Janss en Aeltgen Jacob de Wijsen dochter, zijn vrouw, verklaren schuldig te zijn aan Henrickgen minderjarige dochter van Saer Willems een som van 100 Karolusgulden met een jaarlijkse rente van 5 gulden. Oorspr.; met zegel en handtekening van Rolof en handtekening van notaris Adriaen vander Wall.

1042 Roloff van Wijckersloot, als man en voogd van Aeltgen Jacob de Wijsen dochter, en Willem de Wijs Reyerss verklaren dat zij onderling een scheiding hebben gemaakt van de landen, die zij tot nog toe gezamenlijk hebben bezeten en die hun nagelaten zijn door Willem de Wijs de Oude. Oorspr.; met zegels van Roloff en Ffrans Corneliss namens Willem en fragment van het zegel van Cornelis Reyerss, het zegel van Johan Zwart verloren.

1045 Adriaen van Egmont, plaatsvervangend schout, en Gysbert Botter en Cornelis van Groetvelt, schepenen van Amersfoort, oorkonden dat Jacob Botter van Herdevelt en Joffrouw Aliidt, zijn vrouw, Gerrit Botter van Herdevelt en Joffrouw Geesken, zijn vrouw, overgedragen hebben aan Henrick Evertsz van Soudenbalch en Anna zijn vrouw schuur, hof en hofstede bij de Sint Janskapel, gelegen aan de Voorstraat, aan de ene zijde voor begrensd door het huis en hof van Sint Jan en achter Coman Thymans erfgenamen en aan de andere zijde voor een hof toebehorend aan Roeloff Jansz en achter een hof toebehorend aan Gysbert Roeloffsz. Oorspr.; zegels van de oorkonders verloren.

1046 Rutger Poeyt en Jacob Botter van Hardevelt, huwelijkslieden van Pieter Diricxzoon, en Siem van Zijl en Cornelis Evertszoon, huwelijkslieden van Joostgen Johans dochter maken de huwelijksvoorwaarden tussen beide partijen bekend. Oorspr.; het eerste zegel en fragmenten van het derde en vierde zegel nog aanwezig.

1047 Frans Peterss en Margriet Claes Janss dochter zijn vrouw vermaken aan elkaar hun goederen ten overstaan van notaris Johan Pott en Elis Janss, Peter Peterss en Jan Ysbranss, getuigen. Oorspr.; met handtekening en merk van de notaris en merken van de getuigen.

1049 Ordonnantie betreffende het salaris van Lodewijk Botter, secretaris van de stad Amersfoort voorlopig vastgesteld door Rekenkamer van de Koning in Den Haag. Oorspr.; katern op perkament, met opgedrukt zegel van de Rekenkamer.

1053 Cornelis Ghysbertz te Amerongen verkoopt aan Evert Dirckz van Bemell in Overlangbroek een rentebrief van 700 Karolusguldens tegen een jaarlijkse rente van 42 gulden. Oorspr.; met zegels van Ghysbert Aertsz, grootburger van Wijk bij Duurstede (fragment), en Gerrit Jan Joostensszoon, wonende te Amerongen.

1054 Koning Filips II bevestigt de voorlopige beschikking van de Rekenkamer te Den Haag van 17 december 1569, hierin geïnsereerd, betreffende de vaststelling van de inkomsten van Lodewijk Botter, secretaris van de stad Amersfoort. Oorspr.; met zegel van de koning.

1056 Burgemeesters, schepenen en raden van de stad Amsterdam verkopen aan Katryn Henricx dochter van Oldenzeel een lijfrentebrief met een jaarlijkse rente van 8 Karolusguldens. Oorspr.; grootzegel van de stad Amsterdam.

1057 Koning Filips verleent het stadsbestuur van Amersfoort toestemming te mogen opnemen een som van 7000 Karolusguldens aan losrenten de penning 16, aan lijfrenten de penning 7 of 8. N.B. Oorspr.; het zegel van de koning is verwijderd.

1059 De rekenkamer van de Koning in Holland verleent Roeloff Janss en Cornelis Janss, pachters van 28 morgen veen in Ginkel, toestemming dezelfde impost over de turf te betalen als de Compagnie van Antwerpen, namelijk 1 blank of 9 penningen Artois. Oorspr.; niet bezegeld; onder staat: 'my jegenwoordich Latakker'.

1060 Willem Pijl, deken, en Hessel van Dueverden, Amelius van Schaijck Ghijsbertsz en Herman Botter, kerkmeesters van de O.L.Vrouwekerk, verklaren namens de broederschap van de O.L. Vrouwekapel te Amersfoort, schuldig te zijn aan Peter Jansz en Johan Jacobsz, orgelbouwers, en hun vrouwen, burgers van Utrecht, een jaarlijkse rente van 18 Karolusguldens, met een hoofdsom van 300 gulden, wegens het maken en opleveren van het grote orgel in de kapel. Oorspr.; met handtekeningen van de kerkmeesters; hun zegels zijn verloren.

1061 De Rekenkamer van de koning in Holland residerende te Utrecht geeft aan Willem Roelof Jansz. burger van Amersfoort in pacht: 27 morgen, veen, ten dele afgegraven, ten dele nog af te graven. Oorspr.; niet bezegeld.

1063 Joest van Hartevelt, schout, en Ghysbrecht vander Maeth en Frans Andriesz, schepenen van Amersfoort, oorkonden dat Bartolomeeus Henricxz vande Glindt en Elias van Vanebelt als voogden van Truytgen, minderjarige dochter van Lubbert Joachimsz en Reyertgen van Oldenbarnevelt, verklaren schuldig te zijn aan Cornelis Wouters zoon een rente van 15 Karolusguldens per jaar, af te lossen met 250 gulden, gevestigd op een huis en hofstede op de Kamp, aan de ene zijde begrensd door Lodewyck Jansz en aan de andere zijde Thymens. Oorspr.; met zegels van de oorkonders (het eerste enigszins beschadigd) en gecancelleerd.

1064 Peter Jansz en Johan Jacobsz, orgelmakers, burgers van Utrecht, dragen over, mede namens hun vrouwen, aan Dieuwertgen van Znuel een rentebrief van 3 oktober 1573. Oorspr.; de zegels van Geryt van Schaijck en Jan van Schaijck zijn verloren; met handtekeningen van de beide orgelmakers.

1065 Het Hof van Utrecht doet uitspraak in een geschil tussen Weyndelmoet van Gronsfelt, weduwe van Laurens de Voocht van Rynevelt, eiseres, en Luyt Reyersz, gedaagde, wegens de pacht en de eigendom van een huis, erf en toegang, gelegen aan de noordzijde van Langestraat, waar aan de boven aan de noordoostzijde Herman Willemssoen en aan de zuidwestzijde Jan Boede naast gelegen zijn. Oorspr.; zegel van het Hof verloren.

1066 Peter Dyricxs en Joosgen Jan Bortsz dochter, zijn vrouw, maken hun testament bij hen thuis en ten overstaan van notaris Adrianus van der Wal en de getuigen Christiaen Jansz van Hoechstraten, Bartholomeus Rycksz en Heynrick Rutgersz. Oorspr.; met handtekening van de notaris.

1067 Joest van Hartevelt, schout, en Frans Meyns en Gerryt van Snuel, schepenen van Amersfoort, oorkonden dat Gerrit Evertsz en Rutger Evertsz, voogden van vaderszijde, en de oudste burgemeester, Adriaen van Egmont, bij absentie van voogden van moederszijde van de minderjarige kinderen van Cornelis Evertsz Coperslager en Merrytgen Jan Bortsz dochter, overdragen aan Joosgen Jan Borts zoons dochter, weduwe van Peter Dircxz, en haar minderjarige kinderen het halve huis, hof en hofstede in de Sint Jansstraat tegenover de Sint Janskapel, aan de oostzijde begrensd door de openbare straat, aan de noordzijde Anthonis Pouwelsz en aan de zuidzijde een hof toebehorend aan Albert Tonisz en aan de westzijde Jan Jacopsz. Oorspr.; met zegels van de oorkonders en handtekening van J[acob] Botter.

1068 Gilles van Berlaymont, als stadhouder van Utrecht, stelt Jacob Botter, plaatsvervangend secretaris, aan tot secretaris van de stad Amersfoort, na de dood van zijn vader Lodewijk. Oorspr.; met zegel van de stadhouder.

1070 Roloff Jansz van Wijckersloet en Aeltgen dochter van Jacob de Wijs, zijn vrouw, maken hun testament bij hen thuis en ten overstaan van notaris Adrianus van der Wall. Oorspr.; met notaristeken (devies: 'tolerantia vinces') en handtekening van Roloff Janszoen, het merkteken van Aeltgen en de handtekeningen van de kinderen en de getuigen.

1071 Jan Botter, plaatsvervangend schout, en Steven van Zyll en Willem Andriesz, schepenen van Amersfoort, oorkonden dat Roeloff Jansz en Alijdt zijn vrouw verklaren schuldig te zijn aan Marytgen Dirck Goesensz natuurlijke dochter een erfrente van 15 gulden per jaar, gevestigd op:
- een perceel land aan de Eem, aan de ene zijde begrensd door de weduwe en erfgenamen van Jan van Westhrenen brouwer en aan de andere zijde Willem Reyersz;
- een perceel gelegen aan hetzelfde voetpad bij Knoetshof, aan de ene zijde begrensd door de erfgenamen van Cornelis van Groetvelt en Jan Lamphertsz, beneden Willem Reyersz en boven het klooster van Sint en verder al hun andere goederen, af te lossen met 250 Karolusguldens, 1577. Oorspr.; het derde zegel verloren en gecancelleerd.

1072 Koning Filips II verleent aan de stad Amersfoort het recht tot verhoging van de accijnzen en heffing van nieuwe imposten en een eenmalige heffing op onroerende goederen, namelijk de 20e penning van de eigenaren en de 40e penning van de gebruikers vanwege de verzwakte financiën van de stad. Oorspr.; het zegel van de koning verloren.

0001.01 Stadsbestuur Amersfoort, 1300-1810

Beschrijving van de series en archiefbestanddelen

6. Regesten

Delen

Stel een vraag of plaats een opmerking op de tijdlijn

Duurzaam webadres

Mijn Studiezaal

Reageren

1073 Dekens en kapittels van de Dom, Oudmunster, Sint Pieter, Sint Jan en Sint Marie te Utrecht, Floris vanden Bongert heer van Nijenrode, Gerrit Soudenbalch heer van Wijck en Loeff vander Haer, vertegenwordigers van de Ridderschap en schout, burgemeesters, schepenen en raden van de stad Utrecht waren stadsbestuur en inwoners van Amersfoort vrij voor de 1897 gulden die deze stad de ontvanger-generaal van de imposten hebben laten lichten tot het bijeenbrengen van de 5000 gulden die de Staten-Generaal te Brussel aan de Staten van Utrecht verzocht hebben. Oorspr.; de eerste vier zegels ontbreken, het vijfde is compleet, van de overige fragmenten (kwetsbaar)

1072

Koning Filips II verleent aan de stad Amersfoort het recht tot verhoging van de accijnzen en heffing van nieuwe imposten en een eenmalige heffing op onroerende goederen, namelijk de 20e penning van de eigenaren en de 40e penning van de gebruikers vanwege de verzwakte financiën van de stad. Oorspr.; het zegel van de koning verloren.

1577 Mei 9 te Brussel

tevens:

4514-012

Op de plica: 'Byden concinck, die grave van Berlaymont, hooft, heeren Joes de Damhouder, ridder, Jaques Reingout en Engelbert d'Oeyenbrugghe, gecommitteerden vande financien en andere jegenwoordich'; in dorso het uitvoeringsbesluit van de hoofden, tresorier generaal en gecomitteerden van de financiën, met de handtekeningen van Damhouder, Reingout en d'Oeyenbrugghe.

Zie ook:

Toegang 0001.01, Inv.nr. 4514-012

laatste wijziging 03-06-2010

1074 Ysbrant Lam en Dirckgen Ffrans Bogerts dochter, zijn vrouw, dragen over aan Aert Ffoeyt verschillende goederen gelegen in de Maandervenen op de Veluwe bij Ede. Oorspr. met fragmenten van de eerste twee zegels, het derde verloren; met handtekeningen van Ysbrant en Dirckgen.

1075 Het Hof van Utrecht staat, in afwachting van nader onderzoek in het geschil tussen de drapeniers en de stad Amersfoort, aan de laatste toe om voorlopig het octrooi in kwestie in werking te stellen. Oorspr.; niet bezegeld en met handtekening van de griffier.

laatste wijziging 21-04-2024

3.985 beschreven archiefstukken

4 gedigitaliseerd

totaal 4 bestanden

Delen

Stel een vraag of plaats een opmerking op de tijdlijn

Duurzaam webadres

Mijn Studiezaal

Reageren