Logo - Archief Eemland

Comparanten: - Meynert Volckenszn. Saeb en - Rijck Volckenszn. Saeb, vanwege - Jan Willemzn. Proet, voor zijn zoon - Willem Janszn. Proet, bruidegom. - Melis van Hell, - Jacob Janszn., - Jan Janszn. en - Wolff Claeszn., vanwege - Grietgen Jans, voor haar dochter - Lijsbeth Goertsdr., bruid. Condities: Jan Willemzn. Proet geeft mee voor zijn zoon een huis, hof en hofstede gelegen te Bunschoten; belend Evert Henricxzn. en Evert Peterszn., zijnde vrij zonder lasten. Hij belooft het huis naar behoren, met een achterhuis en anders op te leveren op zijn kosten. Daar tegenover geeft Grietgen Jans de bruid, haar dochter, mee alle erfenissen die de bruid door het overlijden van haar vader zijn aanbestorven, geschat op 1.000 carolus guden. De moeder biedt aan dit ook "weerdich te maken". Bij overlijden zonder geboorte na te laten, gaan de goederen terug naar de zijde waarvan ze gekomen zijn. Winst en verlies is half om half. De bruidegom zal bij de dood van de laatste van zijn ouders het voornoemde huis, hof en hofstede moeten inbrengen voor zover zij ter deling willen komen, hetgeen wordt gesteld als optie voor het aanstaande bruidspaar. Als de bruidegom binnen 1 jaar komt te overlijden zonder geboorte, dan zal de bruid genieten 300 car. gulden eens.
Onderaan staat nog: Hiervan is een copie autentycq gemaakt en aan bruidegoms volk geleverd en met het origineel vergeleken.

Comparanten: - Rijck Janszn., - Jan Janszn. en - Henrick Willemszn., vanwege - Thonis Janszn., bruidegom, ter ene zijde. - Evert Ghijsbertszn. en - Wulpher Willemszn., vanwege - Thonis Ghijsbertszn., voor zijn dochter - Thoentgen Thonis, bruid, ter andere zijde. Condities: De bruidegom brengt in 450 gulden, zowel aan rentebrieven als aan contant geld, waarvoor Jan Janszn. zich borg stelt. Daar tegenover brengen Thonis Ghijsbertszn. en zijn huisvrouw voor de bruid de som in van 125 gulden eens plus een bed en toebehoren waar zij tegenwoordig op slaapt. Verder is bedongen dat het bruidspaar een jaar lang in de boedel van Thonis Ghijsbertszn. en zijn huisvrouw (ouders van de bruid) zullen inwonen en intussen houden zij tot hun profijt het voornoemde van beide zijden ingebrachte huwelijksgoed. Na het jaar, indien zij met elkaar kunnen omgaan, zal het aanstaande bruidspaar "sitten" (= bezitten) en in eigendom hebben de halve boedel van de ouders van de bruid, mits dat deze ouders daarvoor tot hun eigen profijt alleen de voornoemde 450 gulden en 125 gulden zullen hebben. Indien een van beiden (bruid en bruidegom) komt te overlijden zonder kinderen, zullen de goederen met alle "aanvalt en successie" , als ook winst en verlies, half om half zijn en de ene helft komen op de zijde van de bruidegom en de andere helft op die van de bruid.

Comparanten: - Jacob Peters en - Lambert Broenszn., vanwege - Jacob Reyerszn., bruidegom, ter ene zijde, - Henrick Waloen, - Gosen Evertszn. en - Clemens Corneliszn., vanwege - Aeltgen Waloen, bruid, ter andere zijde. De bruidegom brengt in een huis met erf staande te Amsterdam op Monckelbaens burch wall, belast met 525 gulden hoofdsom. Nog een huis met erf te Amsterdam op de Nieuwe Houtmerckt, belast met 375 gulden hoofdsom. Nog een achterdeel van een erf genaamd Den Santvoort, groot 12 dammaten, gelegen op de Nyeuwe wech omtrent Bunschoten. Nog 3/10 deel van 2 dammaten land, gemeenschappelijk met Arend Mathijszn., liggend omtrent Bunschoten. Nog de helft van 19 koperen platen, gemeenschappelijk met Henrick van Langeren, zijn zwager. Aan goud en zilverwerk geschat op 150 gulden. Aan lijfrenten 13 gulden jaarlijks, gedeeltelijk staande ten lijve van de bruidegom, gedeeltelijk ten lijve van Aeltgen, zijn dochter. Een rentebrief op het gemeenschappelijk land van Holland van 700 gulden hoofdsom. Idem een brief op de "Lombert" te Alkmaar, op termijnen te betalen, de som van 700 carolus gulden. Aan inboedel geschat op 400 car. gulden. Aan "caerten" (= eigendomsakten) en inschulden tezamen 500 car. gulden. En dit alles met de last van 3.073 gulden en 10 stuivers, die de bruidegom zijn voorkinderen, zowel van hun moeder's als van hun grootmoeder's goed, schuldig is. En nog met de last van 1.108 gulden die de bruidegom op rente genomen heeft of anders schuldig is. Hier tegenover brengt de bruid in de helft van een huis, hof en hofstede, staande in de Langestraat alhier, tegenwoordig bewoond door Harman Sacharias, waarvan zij de andere helft in lijftocht bezit, haar leven lang, met de last van 12 gulden en 10 stuivers jaarlijks, waarmee het gehele huis is belast, verscheidene personen toekomende volgens de brieven van transport. Idem nog 500 gulden hoofdsom "staande aan twee verscheyden pethijen". Idem haar inboedel plus gereed geld, ter som van 430 car. gulden.

Comparanten: - Brinck Wilemszn., vanwege - Willem Janszn., bruidegom, ter ene zijde. - Lon Henricxzn. en - Jan Harmanszn., vanwege - Elis Dircx en - Marrigchen Wouters, echtelieden, voor hun dochter - Neeltgen Elis, de bruid, ter andere zijde. Condities: De bruidegom brengt in alle goederen die hij "enigszins" heeft. Daar tegenover geven de ouders van de bruid aan hun dochter een bed en toebehoren en 100 carolus gulden aan geld of andere courante goederen. Bij overlijden zonder kinderen gaan de goederen terug naar de zijde waarvan ze gekomen zijn. Winst tijdens het huwelijk is gemeenschappelijk en de ene helft zal door de langstlevende en de andere helft door de erfgenamen van de overledene genoten worden. Als de bruid overlijdt zonder kinderen, zullen haar clederen, cleynodiën, linnen en wollen door haar erfgenamen vooruit uit de boedel genoten worden, uitgezonderd de ringen van de bruid die gemeenschappelijk zullen zijn. Of als zij een kind(eren) nalaat en die binnen 1 jaar na haar overlijden ook overlijdt, dan geldt hetzelfde. Als de bruidegom overlijdt zonder kinderen, dan zullen zijn clederen gemeenschappelijk zijn en winst en verlies van de boedel half om half. De bruid moet na overlijden van haar vader of moeder, haar huwelijksgoed weer inbrengen eer zij tot deling met haar broeders en zusters mag komen.