De Koppel

Het gebied van de tegenwoordige wijk wordt al in de middeleeuwen De Koppel genoemd. Het vormde de overgang van de binnenstad van Amersfoort naar het lager gelegen terrein tussen Amersfoort en Hoogland. De naam is waarschijnlijk afgeleid van coppel, een Oost-middelnederlands woord met de betekenis gemeenschappelijke weide. Het betrof hier dan een stukje van de markegronden van Amersfoort, de gronden die gemeenschappelijke gebruikt werden. Dit weidegebied werd in 1399 door de Utrechtse bisschop aan de stad afgestaan. Nadat vanaf het einde van de veertiende eeuw een nieuwe stadsomwalling werd aangelegd, kwam een gedeelte van De Koppel binnen de stad te liggen. De oude naam van Achter het Weeshuis is dan ook (Oude) Koppelstraat. De Koppelpoort, die toegang gaf tot De Koppel, is naar dit weidegebied genoemd. De naam van de weide ging uiteindelijk ook over op de langs de Eem lopende weg.

De Koppelpoort was een combinatie van een water- en landpoort. De vroegste vermelding van het poortcomplex dateert uit 1427. De benaming Spuipoort werd ook wel eens gebruikt. Het is niet helemaal uit te sluiten dat met die naam de eigenlijke waterpoort, het middengedeelte van de poort, werd bedoeld. De Koppelpoort had behalve een defensieve ook een waterstaatkundige functie. Met het zware houten valschot, dat 's avonds en in tijden van gevaar gesloten werd, kon de waterstand in de stadsgrachten geregeld worden.

Sinds de bouw van de landpoort waren alle handelsactiviteiten geconcentreerd aan de rechter Eemoever, aan wat de Grote Koppel heet. Hier lagen de huizen en pakhuizen zoals de stedelijke graanopslagplaats 'de Spijker', die door middel van een landpoort direct vanuit de stad bereikt konden worden. De grens met de gemeente Hoogland lag tot circa 1940 direct achter 'de Spijker'. De tegenwoordige wijk Koppel is dus heel lang voor een belangrijk deel Hooglands gebied geweest.

Naast de oorspronkelijke poort was aan het begin van de zeventiende eeuw een tweede landpoort nodig aan de ander Eemoever. De bedrijvigheid was hier gegroeid als gevolg van de verlenging van het trekpad naar de Melm en later naar de Zuiderzee. Daarom werd de stadsmuur aan de kant van de waterpoort doorgebroken en werd over de Singelgracht buiten de muur een brug geslagen. De nieuwe landpoort werd de Kleine Koppelpoort genoemd, waarschijnlijk vanwege de bescheiden omvang en ter onderscheid van de andere landpoort. De Kleine Koppelpoort is in de negentiende eeuw afgebroken.

Rond het midden van de zeventiende eeuw werden pakhuizen langs de Eem, aan de kade de Grote Koppel, neergezet. Daar zijn nu nog elementen van herkenbaar. Bij de Koppelpoort staat naast de voetgangerspoort en bij de sluizen een volmolen, een werktuig om geweven wol te vollen. De weverij was één van de belangrijkste industrieën van Amersfoort. In het midden van de achttiende eeuw bevond zich langs de Hooglandseweg Noord ook enige bebouwing, waaronder een korenmolen. De Hooglandseweg of Bloemendalseweg zoals deze weg tot omstreeks 1900 werd genoemd, was de doorgangsweg van Amersfoort naar Hoogland en liep dwars door het gebied. De toevoegingen noord en zuid werd op een gegeven moment nodig omdat de doorgang onder het spoor werd afgesloten voor autoverkeer. De spoorlijn Amersfoort-Zwolle was in 1863 aangelegd en verschafte het gebied een duidelijke zuidoostelijke begrenzing. De definitieve noordelijke begrenzing kwam bij de aanleg van het Valleikanaal in 1937. Aan de Eem stonden van 1939 tot in 2001 de graansilo's van de COVA (dat is de Coöp. Op- en Overslagvereniging Amersfoort); zij waren beeldbepalend voor de Amersfoortse haven.

In 1952 ontwikkelde de stadsarchitect D. Zuiderhoek zijn "Bloembladtheorie", waarbij de binnenstad opnieuw het geografisch centrum van Amersfoort moest worden. De Koppel was één van de bloembladen die ingevuld moest worden. Door technische vooruitgang was het mogelijk geworden om op dit lager gelegen terrein, dat vaak met afwateringsmoeilijkheden kampte, woningbouw te realiseren en hier iets aan de Amersfoortse woningnood te doen. In eerste instantie werd een wijk van montagewoningen ten noorden van de hiervoor aangelegde Koppelweg gebouwd, naar een plan van stedebouwkundige A.H. Rooimans en architect J.F. Berghoef. Door de bebouwing is overigens het oorspronkelijke verloop van de verdedigingslinie die hier lag, de Grebbelinie, nauwelijks meer in de plattegrond waarneembaar. Alleen de huidige Hooglandsedijk die langs de linie in de richting van Hoogland liep, is nog aanwezig. De linie loopt hier niet zoals elders langs het Valleikanaal, maar achter de Kromme Eem (stukje van oude Eem) en een moerasje dat in 2003 werd uitgebaggerd.

Het gebied tussen het Valleikanaal, de spoorlijn en de Hooglandseweg werd pas in de periode 1962-1971 ontwikkeld. Door de aanleg van de Kwekersweg en de aansluiting van de Bunschoterstraat op de Radiumweg verloor de Hooglandseweg zijn functie als doorgangsweg naar Hoogland.

Enkele straatnamen in de wijk verwijzen naar geschiedenis en kenmerken van het gebied. De Eemzijde voert bijvoorbeeld langs een deel van de oever van de Eem. De Kopersteeg herinnert aan de Koopersteeg die hier vroeger liep. De steeg voerde naar de hoeve Ten Koop, waarvan de geschiedenis teruggaat tot in de middeleeuwen. De weg verdween bij de aanleg van de wijken Koppel en Schothorst. De weg lag ongeveer waar nu het Farelcollege en het Guido de Brèscollege staan. Andere straten in De Koppel zijn genoemd naar gilden, sterrenbeelden, soorten schepen, plantkundige termen en landbouwtermen.

Foto

Haven in de Eem met de Koppelpoort (nog vóór de restauratie). Aan de overkant de Grote Koppel met nr. 1. ca. 1885 - Auteursrecht: Wentzel, J.W.

Foto

De Volmolen met de brug bij de grote Koppelpoort. 1885.

Foto

Boerderij de Horseweide. De Horseweide was tevens de naam van een gebied tussen de Liendertseweg en de Hooglandseweg. ca. 1910 - ca. 1930.

Foto

Kopersteeg 7 (eerder genummerd Kopersteeg 4), vanouds genaamd boerenhofstede De Heetkamp. 1967-02-28 Gesloopt in 1967.

Foto

Pakhuis De Spijker aan de Grote Koppel, met op de voorgrond de Eem. ca. 1890 - ca. 1890 De Spijker is hier te zien in zijn oude gedaante. Rond 1900 werd hij afgebroken en vervangen door het huidige gebouw. Het gedeelte links op deze foto, waarvan niet zeker is of het bij De Spijker hoorde, bleef nog tot in de jaren dertig bewaard. Lees o.a.: "Amersfoort Verleden Tijd" door B.G.J. Elias en P.C.B. Maarschalkerweerd, p. 63. Vervaardiger: Boom, J.M.

Literatuur:

  • Gemeente Amersfoort, Wijkprogrammaboek Kruiskamp/Koppel 2004. Liever vandaag dan morgen (Amersfoort 2004).
  • Gemeente Amersfoort, Amersfoort. Basisplan bestaand stedelijk gebied. Historische wijkanalyse (Amersfoort, 1991).
  • Sandra Hovens en Max Cramer (red.), De Koppelpoort. Hart van de Amersfoortse stadsverdediging (Bussum 2004).