Aktedatum | Object | Kopende partij | Verkopende partij | Leninggever | Leningnemer | Lening | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
1540-09-01 (quarta post Decollationis Johannis) | een halve hof gelegen in Glashorst | erfgenaam is Jop Petersoen | Weym, Roloff Hubert weduwe met haar momber maakt haar testament | ||||
1540-09-01 (quarta post Decollationis Johannis) | een half huis en hofstede gelegen in de Langestraat in onze stadsmuur | erfgenaam is Weym, mr. Henrick Gerytsoen dochter | Weym, Roloff Hubert weduwe met haar momber maakt haar testament | ||||
1540-09-01 (quarta post Decollationis Johannis) | alle renten, inboedel, huisraad, goud en zilver etc. op voorwaarde dat Weym zal betalen de kosten van het testament, de doodschulden, de uitvaart en de toezeggingen die Weym bij de pastoor of een andere goede man laat beschrijven | erfgenaam is Weym, mr. Henrick Gerytsoen dochter | Weym, Roloff Hubert weduwe met haar momber maakt haar testament | ||||
1540-09-04 (septima post Egidii) | tegoedschelding van 2 hollandse guldens die wijlen Henrick Claessoen en Erlant ontvangen uit het goed van Symon Dircksoen en zijn wijf Anthonia | Rijckt van Bijlair ten behoeve van Sinte-Petersgasthuys op het Spoey (Spui) | Eerlant, Henrick Claessoen weduwe met haar momber | ||||
1540-09-07 (tertia post Egidii) | tegoedschelding van alle recht en toezeggen aan een huis en hofstede gelegen op de Camp (Kamp) op de hoek van de Vypoirt (Kamperbinnenpoort) | Dirck Wijnens enzijn wijf Gryet | Ghijsbert Thomassoen | ||||
1540-09-14 (tertia in die Exaltationis St. Crucis) | tegoedschelding van alle recht en toezeggen aan een half huis, hof en hofstede gelegen in de Langestraat in onze stadsmuur geheten Groot en Cleyn Tyneburch (Tinnenburg) met alle getimmer en steen, kalk, timmer- en brandhout, dat zij geƫrft hadden van wijlen Sophia van Dompseler | mr. Peter van Noirtwijck | Joest van Dompselar, Geryt van Dompselar gebroeders en Dirck van Broeckhuysen | ||||
1540-09-16 (quarta post Exaltationis St. Crucis) | het halve huis hof en hofstede met de helft van de inboedel gelegen in de Langestraat. En ook nog 24 stuiver die Alijt ontvangt uit het huis van Claes Claessoen staande op Den Hoff (De Hof) | erfgenaam is Ursula haar dochter | Alijdt Jan van Blomenweerdt weduwe met haar momber Claes Claessoen heeft haar testament herroepen dat zij in 1539 swoensdags na Sinte Marien Magdalenendach (1539-07-23) gemaakt heeft op haar zoon Werner en haar dochter Ursell (ook: Ursula), en maakt nu een nieuw testament | ||||
1540-09-16 (quarta post exaltationis st. crucis) | Hannitgen Momen | Albert Franckensoen en Steven van Blomedall | vier gulden hollands elk, te betalen in mei aanstaande | ||||
1540-09-16 (quarta post Exaltationis St. Crucis) | tegoedschelding van alle goederen die hen aanbestorven zijn na het overlijden van Jan Hermensoen | Gryet, Jan Hermensoen weduwe | Jan van Campen en zijn wijf Tru | ||||
1540-09-16 (quarta post Exaltationis St. Crucis) | Jan van Westrenen en zijn huisvrouw jonkvrouw Dywer | Jan Botter Jacopsoen | twee hollandse guldens aan rente jaarlijks te betalen op Exaltationis Sancte Crucis met de voorwaarde dat genoemde Jan Botter of zijn erven deze 2 hollandse guldens altijd mogen aflossen met 40 hollandse guldens. | ||||
1540-09-16 (quarta post Exaltationis St. Crucis) | tegoedschelding van het vierde deel van een huis, hof en hofstede gelegen in de Bruelstraet met een bedstede, put-as en alles wat daar bij hoort | Gijsbert Rijcken en zijn wijf Beatrus | Jan Hermansoen | ||||
1540-09-16 (quarta post Exaltationis St. Crucis) | tegoedschelding van een halve hof, gelegen bij Den Haech in de Collant | Gijsbert Rijcken en zijn wijf Beatrus | Jan Hermansoen | ||||
1540-09-16 (quarta post Exaltationis St. Crucis) | een halve hof, gelegen bij Monnikendam | Gijsbert Rijcken en zijn wijf Beatrus | Jan Hermansoen | ||||
1540-09-30 (donredach post Michaelis) | tegoedeschelding van alle recht en toezeggen dat het gasthuis jaarlijks ontvangt aan de gouden Johannis-Beyersgulden uit het huis en hofstede staande in de Bruellstraet, waar wijlen Hermen Thonissoen en Cornelis Veen in woonden | Gerberich Rutgersdochter | Rijckt van Bijler en Evert van Zurckensteyn als gasthuysmeysters van Sinte-Petersgasthuys op het Spoey (Spui) bij consent van de gemeen broeders | ||||
1540-09-30 (donredach post Michaelis) | tegoedschelding van drie gouden Johannes-Beyerscheguldens die zij jaarlijks ontvangt uit het huis en de hofstede staande in de Brueelstraet, waar wijlen Hermen Thonissoen en Cornelis Veen woonden | Rijckt van Bijler en Evert van Zurckensteyn als gasthuysmeysters van Sinte-Petersgasthuys op het Spoey (Spui) ten behoeve van het gasthuis | Gerberich Rutgersdochter met haar momber Claes Claessoen | ||||
1540-09-30 (donredach post Michaelis) | tegoedschelding van drie hollandse guldens losrente de penning 20 die zij jaarlijks ontvangt uit Geertgen Hermen Thonissoen goed | Rijckt van Bijler en Evert van Zurckensteyn als gasthuysmeysters van Sinte-Petersgasthuys op het Spoey (Spui) ten behoeve van het gasthuis | Gerberich Rutgersdochter met haar momber Claes Claessoen | ||||
1540-10-05 (tertia post Francisci) | tegoedschelding van het goed, erfenis en besterfenis die haar aanbestorven is van haar vader Claes Claessoen, en bedankt Symon en Alijdt voor de goede betalingen | Symon Willemsoen en zijn wijf Alijdt | Geertgen Claesdochter met haar momber Claes Claessoen | ||||
1540-10-06 (quarta post Michaelis) | zij maken hun testament op de langstlevende | Wouter Aeltsoen en zijn vrouw Zwaen met haar momber Claes Claessoen | |||||
1540-10-06 (quarta post Michaelis) | Zij vermaakt alle haar goederen, niets daarvan uitgezonderd, die zij na haar dood zal achterlaten aan haar broeders en zusters als gelijke, terwijl haar man Wouter Aeltsoen zijn lijftocht behoudt | Swaentgen, Wouter Aeltsoen huisvrouw met Wouter Aeltsoen als haar echtelijke momber | |||||
1540-10-07 (quinta post Francisci) | Meijster Jacop van der Horst ten behoeve van de Ersamen heeren Deken en Capittel van de Sint-Joriskerck | Mechtelt, Luman van Huyckenhorst weduwe met haar momber Claes Claessoen | een hollandse gulden van 20 hollandse stuivers aan jaarlijkse rente, te lossen de penning 20 | ||||