Logo - Archief Eemland

Wilt u een of meerdere archiefstuk inzien? Veel is nog niet digitaal, tenzij een paperclip-symbool naast de beschrijving staat. U bent van harte welkom op onze publieksvloer om archiefstukken in te zien op afspraak. Geef hierbij alstublieft bij 'Stukken' het toegangsnummer (het dikgedrukte bovenaan de pagina) en het inventarisnummer aan. Tot op de 3e verdieping van het Eemhuis!

Wij beheren de archieven van Amersfoort en zeven andere gemeenten uit de regio Eemland. Dit zijn zowel de gemeentearchieven die volgens de Archiefwet bewaard moeten worden als ook archieven van particulieren, bedrijven en verenigingen uit deze gemeenten.

Uw zoekacties: Stichting Armen de Poth te Amersfoort, 1342-1999

0100 Stichting Armen de Poth te Amersfoort, 1342-1999

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Naar boven om te zoeken
Uw zoekterm komt voor in de vetgedrukte onderdelen van de archieftoegang.
0100   Stichting Armen de Poth te Amersfoort, 1342-1999
Beschrijving van het archief
Archiefvorming
Inhoud en structuur van het archief
Aanwijzingen voor de gebruiker
Verwant materiaal
Bijlagen
laatste wijziging 13-02-2021
3.800 beschreven archiefstukken
2.438 gedigitaliseerd
totaal 6.828 bestanden
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1342-1999
Soort toegang:
inventaris
Depotlocatie:
Amersfoort
Auteur:
Ton Reichgelt
Openbaarheid:
Beperkt voor stukken jonger dan 40 jaar
Omvang:
34,4 meter
Herkomst:
Bewaring
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Archief Eemland, Amersfoort. Toegang 0100 Stichting Armen de Poth te Amersfoort, 1342-1999
VERKORT:
NL-AmfAE 0100
Geografische namen:
Categorie:
Archiefvormer(s):
 
Archiefvormer Cellezusters te Amersfoort
 
Archiefvormer Cornelis Volckens, burgemeester van Amersfoort
 
Archiefvormer Familie Van der Maeth te Amersfoort
 
Archiefvormer Stichting De Armen de Poth te Amersfoort
laatste wijziging 13-02-2021
3.800 beschreven archiefstukken
2.438 gedigitaliseerd
totaal 6.828 bestanden
Gevonden archiefstukken
140 Akte van openbare verkoop door de Armen de Poth van een huis in de Paternosterstraat, bewoond door Harmantgen Everts, een huis in de Mooierstraat, bewoond door Margriet Appels weduwe, van een zestiende van de Hoevendelen tiende op Hoogland, gezamenlijk bezit met de abdij van Sint Paulus en de heer van Assendelft c.s., van een buitenmaat genaamd het Oosterblok in Bunschoten, in gebruik bij Harman Willemss en van de helft van de Malenhoef. Met de koopsommen en de ramingen, 1654. Kopie.
2.2.1.5.6.2. Bunschoten
363 Akte van transport ten overstaan van schout en schepenen van Bunschoten door Albert Lumans soen en Kunera, zijn dochter, aan Rycout Janss van een achtste deel van het woonhuis met hofstede, waar deze al op woont en een achtste deel van een stuk veen te Spakenburg, 1540. Authentiek afschrift.
364-1105 Akte waarin ten overstaan van schout en schepenen van Bunschoten Ryck Jansz verklaart schuldig te zijn aan Ghysbert Jordensz de som van 80 Keizersguldens, waarvoor hij een jaarlijkse rente van 4 gulden vestigt op drievierde van een huis en hofstede en het vierde deel van het land daarachter gelegen, met kopie, 1549. Regestnr 513
Akte waarin ten overstaan van schout en schepenen van Bunschoten Ryck Jans soen Naghel de Oude verklaart schuldig te zijn aan Ghysbert vander Maeth Jordenss en zijn erfgenamen de som van 25 Keizersguldens, waarvoor hij een jaarlijkse rente van 25 stuiver vestigt op zijn woonhuis en hofstede daar, met kopie op papier, fragment van een aantekening, 1557. Regestnr 533
373 Aantekeningen betreffende betalingen aan Claes Jansz van Bunschoten en zijn erfgenamen, uittreksels uit de rekeningen van Reinier van Ingen, penningmeester, 1634-1670.
1107 Akte van transport ten overstaan van schout en schepenen van Bunschoten door Gijsbertha Swart aan de Armen de Poth een jaarlijkse rente van 2 gulden, gevestigd op 3 dammaten land daar, 1516. Regestnr 336. i
1123 Akte van huwelijksvoorwaarden tussen Luman Aert Moyen soen met Albert zijn zoon en Jacob Soest met Bely zijn dochter van inzake erf en goed de Glashorst, de helft van 7 morgen in Zuurbroek, gemeen met Willem Hoeflaet, een hof in de Horseweide, de helft van 20 dagmaten in Bunschoten en een huis op het Havik waar Albert woont, 1521. Regestnr 357. i
381 Onderhandse akte van boedelscheiding van de goederen van Jacob Janss te Bunschoten onder zijn kinderen Jan, Cornelis en Cornelia, aan de ene kant, en Ot Corneliss en zijn vrouw Anna, aan de andere kant, 1575. Kopie.
1196 Akte van boedelscheiding tussen Jorden van der Maeth met Lobberichgen van der Maeth en de erfgenamen van Evert Aeltss te Nijkerk inzake 5 dagmaten onder Bunschoten, 1626. Regestnr 635. i
1255 Testament ten overstaan van notaris Adrianus vander Wall van Cornelis Volckenss, waarbij hij vermaakt een aantal goederen in het gerecht van Bunschoten en uit de nalatenschap van zijn moeder, Geertruyt Volckenss weduwe, waarvan het testament d.d. 8 november 150 hierbij geïnsereerd, onder meer een pond aan de Armen de Poth, met notaristeken ('tolerantia vinces') en handtekeningen van Cornelis Volckenss en de getuigen Everhart van Meervelt, Aernt Louw Jansz en Peter Schaijck, 1563. Regestnr 515. i
627 Register van vaste goederen in de gemeenten Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Duist, Hoogland, Leusden, Stoutenburg en Woudenberg, circa 1850, met kadastraal kaartje, 1896.
506 Bunschoten.
329 Gysbert Mouryss en Bertelmeus Everts, huwelijkslieden van Luman Aert Moeyen soen en zijn zoon Albert, en Jacob van Gessell en Meyns Gysberts huwelijkslieden van Goude Goirts weduwe en Cuner dochter sluiten een huwelijksovereenkomst waarbij de eerste partij inbrengt onder andere erf en goed de Glashorst in Scherpenzeel, een stuk land in het Zuurbroek te Leusbroek, gemeenschappelijk bezit met meester Willem Hoeflait, en een huis op het Havik, aan de ene zijde begrensd door het erf van Bertout Goirss, aan de andere zijde Ryckt Vos. De tweede partij brengt in tien dagmaten te Bunschoten , voor iedere dagmaat twee Rijnsguldens; acht dagmaten te Veen, twe en een halve Rijnsgulden per dagmaat; tweee Rijnsgulden uit huis en hofstede waar Gertgen Geryts gewoond heeft te Spakenburg; vier Rijnsgulden aan rogge gelegen te Harderwijk; twee Rijsnguldens uit een hofstede te Bunschoten bij de kerk. Oorspr. Bezegeld door Gysbert Mouryss en voor de andere door huwelijkslieden Jan Saell, Willem Brouwer en Thomas Lumanss, fragment van het tweede zegel, het eerste en derde verloren.
336 ..., schout en ..., schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Gijsbertha Swart heeft geschonken aan de Poth een jaarlijkse rente van twee gulden, gevestigd op drie dammaten land aldaar. Met de zegels van de oorkonders, fragment van het vierde.
357 Willem Evertss en Bertelmeeus Evertss huwelijkslieden van Luman Aert Moyen soen en zijn zoon Albert en Jan Soest en Claes Geryts, huwelijkslieden van Jacob Soest en zijn dochter Bely sluiten een huwelijksovereenkomst waarbij de eerste partij inbrengt: erf en goed te Glashorst; de helft van 7 morgen in Zuurbroek, gemeen met meester Willem Hoiflaet; een hof in de Horseweide, aan de ene zijde begrensd door het land van Luman, aan de andere zijde dat van Gysbertgen Peters; de helft van 20 dagmaten in Bunschoten, afkomstig van Alberts eerste vrouw Cuner; een huis op het Havik waar Albert woont. De tweede partij brengt onder andere in tien dagmaten land in Zeldert in drie kampen, aan de ene zijde begrensd door Meyns Peter Aeltzs, aan de andere zijde Steven Verburch; anderhalve dagmaat in die Hont, strekkende langs de Werffdyck. Oorspr. De zegels van de huwlijkslieden zijn verwijderd.
423 Roetert Elbertsz, schout, Geurt Ghijsbertsz, Cornelis Petersz, Gerrit Willamsz, Korsgen Heynricxz, Jan Jansz en Dris Meijnsz, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Lucija Gijsbert Guerts weduwe huurt van Jacob van Zijll in eeuwige erfpacht de helft van acht dagmaten in die Veenstraet, aan de zuidzijde begrensd door het land van Rijcout Sijmons c.s., aan de noordzijde de erfgenamen van Willem de Wijs. Kopie op papier.
429 Roetert Elbertss, schout, Jan Willamss, Gerryt Elbertss, Lambert Henrickss, Heyman Tollynckss, Rycout Symonss en Gerryt Willamss, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Gerrit Guertss Teynnagel heeft overgedragen aan Lobbrich Jorden Gysbertss weduwe de helft van tien dagmaten gelegen Te Velde, gemeenschappelijk met Gonda dochter van Gerryt Guertss uit zijn eerste huwelijk met Lisbet Symon Gerbertss dochter. aan de zuidzijde begrensd door het land van de Grote Kerk te Amersfoort met Weech Goessen Voeckenss, aan de noordzijde dat van Lambert Henrickss, aan de oostzijde de Veenstraat en de westzijde Evert van Heess. Oorspr. Met de zegels van de oorkonders.
430 Roetert Elbertss, schout, Jan Willamss en Gerryt Elbertss, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Gerrit Guertss Teynnagel verklaart Lobbrich Jorden Gysbertss weduwe te vrijwaren voor alle schade, hinder en aanspraken die zich later kunnen voordoen ten aanzien van het aan haar in de vorige akte getransporteerde goed met al zijn bezittingen die hij heeft of nog zal verwerven. Oorspr. Met de zegels van de oorkonders.
431 Roetert Elbertss, schout, Gerryt Elbertss en Jan Lambertssoen, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Rycout Janss toezegt dat als Gysbertgen, Wyn Aertss dochter, niet genoeg aanspraak kan maken op een vierde deel van negen dagmaten land, dat zij van Rycout heeft ontvangen, zij schadeloos gesteld wordt met de helft van vier dagmaten land gelegen op die Grote Maet, aan de oostzijde begrensd door het land van het onser liever Vrouwen outaers lant en aan de andere zijde dat van Deus Meynss. Oorspr. Met de zegels van de oorkonders.
441 Gherryt Elbertss, plaatsvervangend schout, Herman Aertss en Jan Lambertss, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat oude Peter Henrickss toezegt dat als Wyllam Ryckss niet voldoende aanspraak kan maken op het eigendom van de helft van vierenhalve dagmaten land die hij van oude Peter ontvangen, of dat dit niet onbelast is, hij schadeloos gesteld zal worden met twee hofsteden after Goessen Reyerss, aan de zuidzijde begrensd door de Steffens steech, aan de noordzijde dour oude Peter voers. Oorspr. Met zegels van de oorkonders.
479 Roetert Elbertsz, schout, Gerryt Elbertsz, Zeger Woutersz, Harman Aertsz, Wulffer Gerytsz, Ghysbert Henricxz en Aert Volckenss, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Albert Lumans soen en Kunera, zijn dochter, hebben overgedragen aan Rycout Janss een achtste deel van het woonhuis met hofstede, waar deze al op woont te Spakenburg, aan de zuidzijde begrensd door de hofstede van Jan Tymanss, aan de noordzijde die van Oude Peter Henricxz en een achtste deel van een stuk veenland te Spakenburg, gemeenschappelijk met Rycout c.s., strekkende tot aan de Nieuweweg, aan de zuidzijde begrensd door het land Volcken Volckensz en Meyns Denss c.s., aan de noordzijde dat van Geryt Aertsz c.s. Authentiek afschrift op papier van de stadssecretaris Jacob Botter uit 1571.
484 Meyns Volckenss, schout, Jan Willamss, Evert Guertss, Lambert Heynrickss, Aert Rutgerss, Hessel Thoniss en Reijerreijerss, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Heynrick Peterss heeft overgedragen aan Aeltgen Jan Mouss dochter twee dagmaten in de Veenstraat, aan de zuidzijde begrensd door het land van Rijcout Sijmons c.s., aan de noordzijde de erfgenamen van Willam de Wijse. Kopie op papier
485 Meyns Volckenss, schout, Jan Willemss, Evert Guertss, Lambert Heynrickss, Aert Rutgerss, Hessel Toniss en Reijer Reijerss, schepenen van Bunschoten oorkonden dat Aeltgen Jan Mouss dochter heeft verhuurd aan Heynrick Peterss in eeuwige erfpacht de twee dagmaten in de bovenstaande akte genoemd. Kopie op papier.
490 Herman van Vanefelt en meester Peter Zoest, huwelijkslieden aan de ene zijde, en Johan Steven Heinricks en Andries Pouwelss, huwelijkslieden aan de andere kant, Lobberich Jorden Gysbertz weduwe met Gysbert Jordenss soen vander Maeth, aan de ene kant, en Albert Lumanss, met zijn dochter Kunera, aan de andere kant sluiten een huwelijksovereenkomst waarbij
Lobberich en Gysbert inbrengen een erf te Hoogland met de bijbehorende tienden, gemeenschappelijk met Dierck Poeyt Evertz, in pacht bij Aert Reyerss, een hoevendeel van de malen, gemeenschappelijk met Dirck Poeyt, een opgaand stuk land in de Duist, gemeenschappelijk met joncffrouw Styn van Wede, strekkende van de Neerwech tot aan de Laak, een losrente van 7,5 gulden, gevestigd op Gherryt Teynagels land te Bunschoten; de helft van vijf Philippusguldens gevestigd op Peter Meyns Peterss soens goed te Amersfoort; 60 Philippusguldens;
Albert en Kunera inbrengen vier dagmaten land te Bunschoten achter Ghys Nagell, in pacht bij Gheryt Janss, aan de ene zijde begrensd door het land van Wilhem Bosch, aan de andere zijde Luy Ryckz erfgenaam; drie dagmaten gelegen bij de dyckhuyssen, in pacht bij Heinrick Dircks, aan de ene zijde begrensd door het land van de kinderen van Herman Bosch, aan de andere zijde Peter Volckenss; vier dagmaten op die groote maet, in pacht bij Jan Ribbenss, waar de twee dagmaten van Albert Lumanss aan de ene zijde naast gelegen zijn, aan de twee dagmaten van Deus Meynss; drie dagmaten gelegen op het ooster blok, in pacht bij Aert Peter Lambertz, gemeenschappelijk met Elbert Bergers erfgenamen; 3,5 dagmaat gelegen aan de andere zijde van de Laak, in pacht bij Ryck en Albert Lumanss, strekkende van heer Ryck Luyten zijn dyckstoel tot aan de dijk; verder geeft Albert uit zijn goederen nog twee dagmaten min een vierdel gelegen over de Laak buitendijks, gemeenschappelijk met Ryck Luyten; nog een halve hof achter de kerk, in pacht bij de pastoor, aan de ene zijde begrensd door Jan Ribbens, aan de an
491 Albert Lumen Aert Moyen doet afstand van zijn goederen genoemd in bovengenoemde huwelijksbrief, gelegen onder Bunschoten en de andere kant van de Laak. en vrijwaart Kunera voor alle schade, hinder af aanspraken van Albert of zijn nakomelingen. Oorpsr. Ondertekend door Albert Lumenss en zegels van hem en Johan Steven Henrickss en Andries Pouwelss.
492 Meijns Volckenz, schout, Aert Volckenz, Gerrit Petersz, Reijer Reijerss, Jan Willemsz, Ghysbert Henrickz en Cornelis Petersz, schepenen van Bunschoten, oorkoden dat Henrick Peterss huurt van Aeltgen Jan Meuss dochter een dagmaat in de Veenstraat, gemeen in 10 dagmaat, aan de zuidzijde begrensd door het land van Rycout Symonsz c.s., aan de noordzjde dat van de erfgenamen van Willam de Wyse. Kopie op papier van 1591.
504 Meyns Volckenss, schout, Rutger Thoniss, Gijsbert Henrickss, Gerryt Peterss, Aert Volckenss, Gerrijt Elbertss en Thonis Gijsbertss, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Henrick Thoniss heeft overgedragen aan Goert Janss en Jutte zijn vrouw en Weyndelmoet Gerrytsdochter de helft van elf dagmaten te Velde, gezamenlijk met de kinderen van Henrick, aan de zuidzijde begrensd door het land van Rijcout Meyns c.s. en aan de noordzijde de sunte Michyels acker. Oorspr. Met de zegels van de oorkonders.
505 Meyns Volckenss, schout, Rutger Thoniss, Gysbert Henricks, Gerryt Peterss, Aert Volckenss, Gherryt Elbertss en Thonis Gysbertss, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Henrick Thoniss heeft gepacht in erfpacht van Goert Janss en Jutte zijn vrouw en Weyndelmoet Gerryts dochter het bovengenoemde land voor zes gulden per jaar. Oorspr. Met de zegels van de oorkonders.
513 Meynert Volckxz, schout, Ghysbert Heynrickxz en Reier Rutgertsz, schepenen van Bunschoten, oorkonden Ryck Jansz verklaart schuldig te zijn aan Ghysbert Jordensz de som van 80 Keizersguldens, waarvoor hij een jaarlijkse rente van 4 gulden vestigt op drievierde van een huis en hofstede en het vierde deel van het land daarachter gelegen, strekkende van de Spakenburger wech tot aan de Nyen wech, aan de zuidzijde begrensd door het land van Lambert Willemszen aan de noordzijde dat van Jannetgen Peters weduwe met haar kinderen. Oorspr. Met de zegels van de oorkonders enigszins geschonden.
515 Lambert Henricxz, plaatsvervangend schout van Meynaert Volckenss, Reyer Rutgerss, Claes Ariaens, Jan Geerytz, Ryck Meynss, Ghysbert Peterss en Jacon Janss, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Geertruyt Volckenss weduwe, met haar voogd Geeryt Elbertz, heeft vermaakt 24 dagmaten land gelegen te Velden, genaamd het Bosges Landt, strekkende van de stadsgracht tot aan de Veldendijk, aan de zuidzijde begrensd door Geeryt Hennelyncx erfgenamen, aan de noordzijde door Rutger Thoniss c.s., en verder al haar goederen die zij heeft in het gerecht aan haar zoons Meynaert en Cornelis Volckenss, ieder de helft. In vidimus, geïsereerd in akte d.d. 16 juli 1555.
521 Oeda weduwe van Dirck Peut en Rutger haar zoon, met hun huwelijkslieden Aert Gherrytsz en Johan van Snuell, aan ene zijde en Lobberich weduwe van Jorden Gysbertz en haar dochter Dam, met hun huwelijkslieden Gysbert Jordenss Vermaet en Cornelis van Wede, aan de andere zijde sluiten een huwelijksovereenkomst waarbij
Rutger inbrengt
een half erf geheten Buechorst gelegen op Hamersveld, tijnsgoed van de Sint Paulusabdij te Utrecht, aan de ene zijde zuidwaarts begrensd door de Leusbroeker wetering en aan de andere zijde westwaarts Henrick Zaell Willemss en Geertruyt zijn zuster en Rutgerz zelf; de helft van het erf en goed geheten de Zyetwyndt, aan de oostzijde het gasthuis te Amersfoort, aan de westzijde de Byeshaer, aan de noordzijde de Buechorst, aan de zuidzijde Henrick Goirts erfgenamen; een halve tiend op de Amersfoortse Eng en die van Varrenhees leengoed van het Sicht Utrecht; de tiende van de goederen op Bloemende strekkende over de Burgwal naar Weden, leengoed van Johan van Rossem, heer van Broickhuyssen; een erfrente van 1 gouden guldenuit het erf van Henrick van Syl te Leusden; 500 gulden aan geld en have;
verder geeft Oeda de helft van een stuk land in de Nederbirkt in het gerecht van Amersfoort, aan de ene zijde begrensd door Thonis Geryts, aan de andere zijde Gerryt Duwers erfgenamen; de helft 2,5 dagmaat land gelegen te Bunschoten Te Velde, gemeenschappelijk met Roeloffgen van Dashorst
Lobberich en Dam brengen in
18 dagmaten land te Nederzeldert, aan de oostzijde begrensd door de refgenamen van Johan van Westrenen, het klooster in de Birkt en het gasthuis te Amersfoort, aan de westzijde Gysbert Jacobss erfgenamen en het kapittel van Amersfoort; de helft van 8 dagmaten land in Nederzeldert benedenweges, aan de ene zijde begrensd door de erfgenamen van Johan van Westrenen, aan de andere zijde Geertruyt Thonis Pyls weduwe of haar erfgenamen strekkende van de OudeWetering tot de Haarse Loodijk, leengoed van de abdij van Sint Paulus te
533 Meijnert Volckens, schout, Jan Gerrijts en Cornelis Peters, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Rick Jans Naghel de Oude heeft verklaard schuldig te zijn aan Ghysbert vander Maet Jordens en zijn erfgenamen de som van 25 Keijser gulden, waarvoor hij een jaarlijkse rente van 25 stuiver vestigt op een half huis en hofstede waar Rick nu woont, te Spakenburg, strekkende van de (Spakenburger)weg oostwaarts tot het land van Ghysbert c.s. toe, aan de zuidzijde begrensd door het land van GhijsbertPeters, aan de noordzijde door dat van Jannetgen Peters weduwe. Oorspr. Met de zegels van de oorkonders, fragment van het eerste.
542 Peter Jansz, schout, Cornelis Gerritsz en Volcken Dommisz, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Beerta Henricx dochter, met haar voogd Harman van Dompzeler, bekent schuldig te zijn aan de Arrnen de Poth een losrente van 7,5 gulden uit haar recht op 12 dagmaten, gemeen met haar broers en zusters, strekkende Veenstrater wech naar het westen tot aan het land van Jan Wegens erfgenamen. Kopie op papier.
544 Cornelis Volckenss, oud burgemeester, maakt een testamen waarbij
- alle voorgaande testamenten nietig verklaard worden
- behalve die betreffende de lijftochten die op naam van Geertruyt Jacobs dochter zijn overleden vrouw zijn gemaakt: het vierdedeel van 15 dagmaten land te Bunschoten bij de Crounckel naast de Duisterwetering, geemeen met de kinderen van Meynaert Volckenss; het vierdedeel van 21 dagmaten land in de Runnenboom in het gerecht en gemeen als boven; het vierde deel van veertien dagmaten land binnen- en buitendijks in hetzelfde gerecht, waar Cornelis Elbertsz op woont; het vierde deel van 8,5 dagmaten land in dat Breede Lant in het gerecht en gemeen als boven; het voerde deel van het huis, hof en hofstede te Bunschoten bewoond en in gebruikt door de kinderen van zijn overleden broer; al deze voornoemde goederen worden gelijkelijk verdeeld onder Pelgrim, Volcken en Marten, zonen van Meynaert zijn overleden broer en Jannitgen Werners dochter, en Weymtgen en Cristina dochters van Meynaert en Jannitgen;
- de goederen hem nagelaten door zijn moeder Geertruyt Volckenss weduwe: de helft van 24 dagmaten land te Bunschoten Bosges Lant genaamd; de helft van een helft van 15 dagmaten land in hetzelfde gerecht bij de Crouckel naast de Duisterwetering gemeen met Meynaert Volckenss kinderen; de helft van en helft van 21 dagmaten land bij de Runnenboom in het gerecht en gemeen als boven; de helft van een helft van 14 dagmaten land binnen- en buitendijks in hetzelfde gerecht waar Cornelis Elbertss woont; de helft van een helft van 8,5 dagmaten land in het gerecht en gemeen als boven, genaamd dat Breede Lant; de helft van een helft van huis, hof en hofstede in hetzelfde gerecht in gebruik bij de kinderen van zijn overleden broer; de helft van een helft van een kamp land van 3 dagmaten te Veen, genaamd die malenwerffs camp; de helft van een helft van een stuk land genaam Den Acker, gelegen als boven; de helft van een helft van stukje land gelegen in Truyen L
557 Gerrit Gerritsz en Catharina Jacob Walicks dochter en hun zoon Jacob, met hun huwelijkslieden Frans Andriesz, Frans Meynsz, aan de ene zijde, en Ghysbrecht van der Maeth en Cunera Albert Lumanss dochter en hun dochter Willemtgen, met hun huwelijkslieden Rutger Poeyt en Jan Steven Heynrcxz, aan de andere zijde, sluiten een huwelijksovereenkomst
waarbij de eerste partij inbrengt
de helft van 24 dagmaten land met huis en hofstede gelegen te Nederzeldert gemeenschappelijk met de erfgenamen van Peter van Dam, waaronder vier dagmaten burgermaets, strekkende van de Nederzeldertseweg tot aan de Haarse Loodijk; een rentebrief van 24 gulden per jaar ten laste van MariePeters in de Luijt te Amsterdam; 120 Keizersgulden gereed geld;
de tweede partij inbrngt 8,5 dagmaat land gelegen in Bunschoten te Veen vanouds genaamd Staels land, aan de ene zijde begrensd door Lambert Willemsz erfgenamen, aan de andere zijde Peter Jongentgens erfgenamen; de helft van 12 dagmaten land in Bunschoten te Velde, aan de ene zijde Willem Bosschen erfgenamen, aan de andere zijde Luyt Rycxs erfgenamen; 4 dagmaten te Bunschoten op de Groete Maet, aan de ene zijdebegrensd Anthonis Harmansz,aan de andere zijde Gysbrecht vander Maeth c.s.; honderd Karolusguldens aan gerede penningen; met de voorwaarden dat Jacob Willemtgen een lijfrente geeft van 30 Keizersguldens per jaar uit bovengenoemde goederen, welke lijftocht vervalt als Willemtgen na Jacobs dood een tweede huwelijk aangaat, deze bepaling is niet van kracht als er geen kinderen uit dit huwelijk zijn, Willemtgen krijgt dan 25 gulden per jaar; mocht na het overlijden van beiden geen nakomelingen zijn dan gaan de goederen terug naar de familie waar ze vandaan gekomen zijn; als er wel nageslacht is zal de langstlevende de kinderen laten volgen de goederen van de overledene; groei of afname van de boedel zal gelijk verdeeld worden; ondertekend door Gerrit Gerritsz en Ghysbrecht vander Maeth en huwelijkslieden en bezegeld door de huwelijks
560 Jonker Joest van Hartevelt, schout, Adriaen van Egmont en Peter Hoeffkens, burgemeesters van Amersfoort, oorkonden dat Jutte weduwe van Goert Jansz voor haarzelf en als erfgenaam van Weyndelmoet Gerrits dochter haar overleden zuster, met Adriaen van der Wal als momber, heeft verkocht aan de Poth de helft van elf dammaten te Bunschoten te Velde met de bijbehorende erfpacht, vermeld in de akten van 22 en 23 februari 1546 waardoor deze is gestoken, tegen een jaarlijkse lijfrente, en heeft de twee brieven overgedragen aan Henrick Andriesz namens de rentmeester van de Armen de Poth. Oorspr. Met zegels van de oorkonders.
566 Jan Jacobz voor hemzelf en voor Cornelis, zijn broer, en Cornelia, zijn zuster, aan de ene kant, en Ot Corneliss en Anna zijn vrouw, aan de andere kant, maken een boedelscheiding inzake de erfenis van Jacob Janss, waarbij aan Jacob en zijn broer en zus toebedeeld wordt:
- 2,5 dagmaat land in Bunschoten gemeenschappelijk met Ghijsbert Vermaet c.s.
- vierde deel van een huis en hofstede in Bunschoten, aan de zuidzijde begrensd door het land van Ghijsbert Peterssdie Jonge, aan de noordzijde door dat van Cornelis Peterss;
en aan Ot Corneliss en Anna zijn vrouw een half huis en hofstede, aan de zuidzijde begrensd door het land van Meins Goertz, aan de noordzijde door dat van de erfgenamen van Peter Peterz
- een rente van 100 Philippusguldens;
verder zullen Jan Jacobz en Ot Corneliss delen alle verdere goederen, renten, schulden, inboedel die nog blijken afkomstig te zijn uit de erfenis van Jacob Janss;
verder zullen de renten die staan op de 2,5 dagmaten land van 50 gulden en de 50 Philippusguldens op het vierde deel van het huis gemeenschappelijk gedragen worden;
ten overstaan van de scheidslieden Peter Janss en Timan Claess, aan de ene kant, en Gerijt Bosch Willemz en Rijck Janss Nagel, aan de aande andere kant. Kopie op papier.
597 Cors Vranckensoen, Jorden vander Maeth en zijn vrouw Johanna van Droffeler, Ghoertghen weduwe van Willem Suyrmondt, met instemming van Jan Jacobs van Bitterschoten en Jan Passchier als man en voogd van zijn vrouw Weymtgen maken een scheiding tussen hun gemeenschappelijke bezittingen in de polder De Haer bij Bunschoten:
de rechte helft van tien dagmaten land aan twee kampen, de eerste Haer opstrekkende langs de Bunschoterwech van de weterynge tot aan de hofstede van Lambert Claesz en Dirck Adriaensz, gemeen met Peter Meynsz en
twaald dagmaten land aan twee kampen daar naast gelegen de tweede Haer, van de Bunschoter wech opstrekkende van de weterynge aan de Bisschopsweg
hiervan is toegevallen aan Ghoertgen c.s.vier dagmaten, Cors Vrancken een dagmaat
Cors Vrancken en Jorden vander Maeth de Tweede Haer, waarvan Cors zeseneenhalve en Jorden vijfeneenhalve dagmaat.
Oorspr. Met handtekeningen van Cors, Jorden, Johan en Peter, niet bezegeld.
608 Volcken Meynertss Saeb, schout, Peter Gerritss en Cornelis Breuniss, schepenen van Bunschoten, oorkonden Elisabeth Ryck Petten dochter weduwe van Dirck van der Wal, met Peter Both Hermanss en Willem Bosch, haar voogden en voogden over de kinderen uit haar eerste huwelijk met Jan Janss Schot, hebben overgedragen aan Aert van Westrenen, oud rentmeester van de Armen de Poth 3,5 dammaten gemeen en ongedeeld in 12 dammaten te Velde, met de erfgenamen van Heynrick Peterszs Hover, strekkende van Veenstrater wetering westwaarts tot aan het land van Jan Jans Wegen, aan de zuidzijde begrensd door het land van Jan Jans, aan de noordzijde Willem Jans de Roy. Oorspr. Met zegels van de oorkonders.
612 Dirck van Dolre maakt een testament waarbij
- hij vermaakt aan het kapittel van de Sint Joriskerk 21 Hollandse guldens ten behoeve van de ornamenten etc.;
- aan de Onse Lieve Vrouwekerk een zekere som om boter te kopen die moet worden uitgedeeld met de proven aan de armen in de vasten;
- aan de koorzangers ieder een paar nieuwe schoenen binnen een maand na zijn dood;
- aan heer Gerrit Hoft al zijn boeken, met uitzondering van het Ius Canonicum, de Summa Angelica en Liber Institutionum, die hij bestemt tot de Librarie, met dien verstande dat als een andere Librarije wordt opgericht, de boeken daar voor zullen zijn;
- aan een nieuwe Librarie, mits die binnen een jaar na zijn dood wordt opgericht, 1 pond;
- aan de Celzusters jaarlijks twee schouwen turf, te graven uit de Melm;
- aan de Armen de Poth de som van 425 Karolusgulden, met een jaarlijkse renteopbrengst van 20 gulden, waarvan 15 gulden bestemd moeten worden voor de uitdeling van wekelijkse prove extra en in de vasten 3 gulden bij de uitdeling van 4 gulden nagelaten door Henrick van Bijler en een uitkering aan de broeders van 6,5 stuiver op de dag dat de rekening wordt afgehoord en voor de keuken op die dag 1 stuiver, dit alles ter vertering, waarbij afwezigen voor dat bedrag wijn bezorgd krijgen en waarvan 5 gulden vrij door de Poth besteed mogen worden, met dien verstande, dat binnen een kwartaal na zijn dood de Poth de bestemming zal laten weten;
Ongedateerd afschrift door notaris Johan Vlug, midden 16e eeuw, met afschrift hiervan van 18 september 1651 door R. van Ingen, notaris.
In dorso: 'copia copiae vant Testament van Heere Dirck van Dolre nopende de Deijll tot Bunschoten'.
616 Volcken Meynertss Saes, schout, Cornelis Breuniss en Jacob Gosenss, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Elias Peterss en Johan vander Burch voor zichzelf en hun vrouwen en Arnoldus Oortcampius, gemachtigde van Johan Ram en Margaretha Ram, mede namens de voogden van de onmondige kinderen van Philips Ram en tenslotte namens Evert Ram en zijn zuster Rycklant hebben overgedragen aan Dirck van Westrenen, rentmeester, en Dirck van Crachtwyck, broeder, namens de Poth het achtste deel van twaalf dagmaten land te Velde, gemeenschappelijk eigendom met Alert Meynss opt Hoogelant en de Poth, strekkende van de Veenstraet naar het westen, van ouds genaamd Hoversland, aan de noordzijde begrensd door het land van Jan Janss Weegen, ten zuiden dat van Willem Jans de Roij. Oorspr. Met de zegels van de oorkonders, het tweede en derde enigszins beschadigd.
635 Jorden van der Maeth en Lobberichgen van der Maeth aan de ene zijde en de erfgenamen van Evert Aeltss te Nijkerk maken een scheiding inzake vijf dagmaten onder Bunschoten, aan de zuidzijde begrensd door het land van Looch Gerrits en aan de noordzijde door dat van Peter Borts, strekkende van de Duisterwetering tot aan de Laak, waarbij de vijf dagmaten in twee helft worden verdeeld, de ene helft aan de Laak en de andere aan de Duisterwetering, omdat het laatste perceel kwaliteit is zal degene die het perceel aan de Laak krijgt de ander 140 gulden betalen, beide partijen krijgen het recht van overpad over elkaars grond. Degene die het perceel de wetering krijgt zal de schouw voor de vijf dagmaten voor zijn rekening nemen. Het perceel aan de Laak krijgen Jorden en zijn zuster Oorspr. Met zegels van Jorden van der Maeth en notaris Johan van Ingen en handtekeningen van Jorden, Aelt, Marten Bortsen en notaris van Ingen.
639 Reijnert Volcxs Saeb, schout, Pieter Hendricx Pelser en Peter Harmensz, schepenen van Bunschoten, oorkonden dat Aelbrecht van der Hel voor zichzelf en namens Anna vander Hell, Peternella vander Hell, Susanna vander voor haarzelf en haar zuster Ester vander Hell, allen kinderen en erfgenamen van Joff. Diewerk vander Hell, heeft overgedragen aan de Armen de Poth twee dagmaten min een half vierendeel in het buitendijks in de Grote Maeth in het Oosterblok, gemeenschappelijk met verscheidene eigenaars in negen dagmaten, zoals het eertijds nagelaten is door Lobberich van der Maeth, thans gepacht door Harmen Willems. Oorspr. Met zegels van de oorkonders, het eerste en tweede geschonden.
647 De Poth als erfgenaam van Jorden vander Maeth maakt een erfscheiding met Jacob Willemsz op Spaeckenborch onder Bunschoten inzake twee kampen land, groot vijf en een halve morgen, gelegen te Veen, aan de ene zijde begrensd door het land van Sr Franchoijs van Muijlwijck, namens zijn vrouw, aan de andere zijde Willem Claess, aan de voorzijde de hoff van Jacob aan de weg en aan de achterzijde Cornelis Jansz. Oorspr. Niet bezegeld, met handtekeningen van Willem van Groteloo, Johan van Ingen, P. van Schadijck, Dirck van Westrenen en Jacob Willemss.
740 Twee knotsen in de vorm van een schuinkruis, vergezeld links en rechts van een lelie. i
740 Een schuinlinks geplaatste vis. i
740 Boven twee lelies, onder een vijfbladige bloem. i
741 Een schuinlinks geplaatste baars. i
741 Een ster. i
741 Boven twee lelies, vergezeld onder van een vijbladige bloem. i
842 Twee kepers, vergezeld tussen de kepers van twee vogels. i
842 Een lelie. i
843 Vijf lelies, anderhalf boven, twee in het midden en één onder, vergezeld half over de lelie van een vrijkwartier, beladen met een vijfbladige bloem. i
843 Vijf lelies, anderhalf boven, twee in het midden en één onder, vergezeld van een vrijkwartier, beladen met een vijfbladige bloem. i
843 Een doorboord hart met de pijl omlaag. i
843 Boven twee lelies, vergezeld onder van een verkort krukkenkruis. i
845 08-06-1701 i
845 08-06-1701 i
845 08-06-1701 i
846 08-06-1712 i
846 08-06-1712 i
846 08-06-1712 i
974 Twee knotsen in de vorm van een schuinkruis, vergezeld links en rechts van een lelie. i
974 Twee knotsen in de vorm van een schuinkruis, vergezeld links en rechts van een lelie. i
974 In het schildhoofd drie lelies naast elkaar, vergezeld onder van een gaande beer. i
974 In het schildhoofd drie lelies naast elkaar, vergezeld onder van een gaande beer. i
974 Een schuinlinks geplaatste vis. i
974 Een vijfbladige roos i
974 Een aanziende ossenkop i
974 Een schuinlinks geplaatste vis. i
974 Een lelie. i
974 Boven twee vijbladige bloemen, vergezeld onder van twee lelies. i
1105 Vijf lelies, anderhalf boven, twee in het midden en één onder, vergezeld van een vrijkwartier, beladen met een vijfbladige bloem. i
1105 Een kroon met drie fleurons. i
1105 Drie kronen. i
1105 Vijf lelies, anderhalf boven, twee in het midden en één onder, vergezeld van een vrijkwartier, beladen met een vijfbladige bloem. i
1105 Een kleine lelie. i
1105 Een roos. i
1107 [Drie lelies] i
1107 Drie Sint-Michielsschelpen, vergezeld boven van een lelie. i
1107 Een schuinbalk, vergezeld van ? i
1107 Een zwemmende vis. i
1107 Een schuinlinkse balk, vergezeld met vier lelies, twee boven en twee onder. i
1107 Drie vogels. i
1107 Drie lelies. i
1185 Een achtpuntige ster, vergezeld boven van drie lelies naast elkaar, onder van een gaande hond. i
1213 Vijf lelies, anderhalf boven, twee in het midden en één onder, vergezeld half over de lelie van een vrijkwartier, beladen met een vijfbladige bloem. i
1213 Een vijfbladige bloem, vergezeld van drie lelies. i
1213 Twee kepers, vergezeld van drie vogels. i